Dag Frank
We dachten dat je een griepje had en nu ben je er plots niet meer. Jaren geleden schreef je je eerste stukken in 't Kleintje. Over de verschrikkelijke geluids- en omgevingsoverlast van vieze auto's en stinkende bedrijven. Over de schrikbarende verdwijning van huismussen, het uitsterven van vlindersoorten en de steeds grotere vervreemding van mensen ten opzichte van hun eigen omgeving. Over de zelfkwelling van knechten bij hun bazen en de fascistoïde gevaren der bureaucratie. De hypotheekgekte en media-manipulatie, we werden er samen onpasselijk van.
Het gekwetter van vogels, veel vuur en vlammen waren voor jou belangrijker dan inkomen en status. We vonden elkaar in ons verzet tegen werkplicht en ons gefilosofeer over arbeidsethos en carrière leidde tot heel wat letters in 't Kleintje en in vele brieven. Gotferdegotfer! Je zat een aantal jaren in Canada en beschreef van daaruit hoe je Holland ervaarde en dat was niet mis. Soms zette je "Vincent" onder je bijdragen en stond er eens niks onder je handgeschreven bijdrage dat zetten wij er "van onze Overzeesche Correspondent" onder. Ondertussen vroeg je me ons varken een appel te voeren. Gelukkig kwam je daarna dichterbij, naar DenBosch toe, naar de Paap. Nu je er niet meer bij bent is alles behoorlijk saaier en kleurlozer geworden. Vanavond drinken we op je en roken we een vette blow. Nooit meer die eigengereide vent met dat warme hart die in de aarde wroet. Gotferdegotfer! De beuk erin!
"Stel ik ga de straat op en speel een beetje op mijn trompet. De politie zal komen en me vragen naar een vergunning. Mensen zouden eens gestoord kunnen worden in hun bezigheden. Maar zodra ik in een auto stap wordt er giftig gas verspreid, herrie geproduceerd en ruimte ingenomen en ben ik levensgevaarlijk voor anderen. Er zal mij echter geen strobreed in de weg gelegd worden." (Frank van Mens, 8 september 1952 - 25 april 2001)
Dit artikel is verschenen in Kleintje Muurkrant nr 356, 11 mei 2001