Oeps (009)
Als lid van het Kleintje Promotie Team timmer ik mee aan de weg om het Kleintje aan meer lezersters en abonnees te helpen. Daartoe leur ik met ons lijfblad door treinen, concertzalen, cafés en andere openbare gelegenheden. Vouw daar gewoon een exemplaar open en de nieuwsgierige blikken zijn niet van de lucht. Soms leidt dat tot een gesprekje en soms zelf tot een nieuwe abonnee, waardoor Kleintje kan blijven bestaan. Zo nam ik ook het vorige nummer, nr 289, op een kwade dag mee in de trein. Ik nestelde me in de bank, en na vertrek van de trein (een buurlandtrein naar Köln) sloeg ik niets vermoedend een exemplaar van het Kleintje open en begon aan het artikel op de voorpagina, intussen eens boven het papier loerend naar de nieuwsgierige blikken. Die waren er zeker! Alleen veranderden die nieuwsgierige blikken al spoedig in kwade blikken. Een oude man keek mij fronsend aan, en begon wat te kuchen. Zijn hoofd was inmiddels rood aangelopen. "Jouw soort moeten we hier niet!" bracht hij met hese stem uit. Enigszins verbijsterd kijk ik hem aan. Zouden we het te bont gemaakt hebben met onze opruiende geschriften? Dat valt toch wel mee? Of had ik hier te maken met een lid van het als intolerant bekent staande Oud Strijders Legioen te maken? Voorzichtig draai ik het Kleintje om, nieuwsgierig geworden naar het artikel dat de man zo opwond. Tot mijn schrik en schaamte ontdekte ik dat het raadzaam was mijn promotie aktiviteiten maar een maandje te staken. Ik ben nog wel een uur bezig geweest de oude man te overtuigen dat ik geen neo nazi was, integendeel, en heb hem het nummer van het Kleintje aangeboden om hem daarvan te overtuigen. Zonder het aan te nemen en zonder een woord te zeggen, stapte de man in Vught uit de trein...
Dit artikel is verschenen in Kleintje Muurkrant nr 290, 13 oktober 1995