Wat wilde schoppen en een lik vergif
Wat er staat op de voorkant van ons Kleintje d.d 20 december 1996 over de situatie van daklozen en verslaafden kan ik volledig onderschrijven. Het redactionele (?) commentaar op onze ingezonden brieven echter liep de spuigaten van het Inloopschip uit. Een reden voor mij om de hoop van de redactie dat de discussie in een volgend Kleintje zal worden voortgezet in vervulling te doen gaan.
In plaats van zijn excuses aan te bieden voor de slechte woordkeus en de ondoorzichtigheid van het stukje op de voorkant van het Kleintje van 21 november 1996 schopt hij in het wilde weg terug. Wij zouden zo stom zijn dat we niet hebben begrepen dat er veel meer suggesties in stonden dan we hebben ontdekt. Onze schijnheiligheid zou hem zijn tot op heden overeind gebleven solidariteit met dak- en thuislozenwerk(st)ers hebben ontnomen. Wij zouden politieagentje spelen om daklozen uit portieken te jagen. Wij zouden de politiek napraten dat de voorzieningen in Den Bosch alleen voor Bosschenaren zijn. Maar een paar regels verder zegt hij dat hij gelooft in de integriteit van de Inloopschipper. Wat is dat voor klote-onzin?Wacht even, hij schrijft daar nog bij: "In ieder geval in de vrijwilligers zonder allerlei persoonlijke ambitie." Waarmee hij suggereert dat er onder ons mensen zijn die soep voor daklozen inschenken om wat te worden, burgemeester soms?
Dat hij gefrustreerd is geraakt door zijn vroegere ervaringen met onder andere het meldpunt en de anti-fascismestrijd in deze stad kan ik me indenken. Dat geeft hem echter niet het recht om Inloopschippers in het kruis te schoppen.
Het enige positieve in zijn artikel is de waarschuwing dat wij ervoor moeten oppassen door de gemeente te worden ondergesneeuwd. daarvoor hartelijke dank, maar dat wisten we al. En dat had ook gekund zonder allerlei verdachtmakingen.
Op een daarvan zal ik ingaan. Om klachten van havensingelbewoners te voorkomen hebben wij onze gasten verplicht om niet in de portieken tegenover het Inloopschip - en alleen daar niet! - rond te hangen. (Dat is iets anders dan politieagentje spelen om daklozen uit portieken te jagen). Met las resultaat dat één van de bewoners tijdens de bijeenkomst naar aanleiding van ons vijfjarig bestaan zei totaal geen last te hebben van onze aanwezigheid aldaar.Dit bericht en andere positieve geluiden zijn helaas niet tot de bewoners van Hinthamerstraat en Oranje Nassaulaan doorgedrongen want, hoewel zij daarvoor persoonlijk waren uitgenodigd, was geen van de journalisten van het Brabants Dagblad aanwezig. Zulke positieve geluiden hebben we de laatste tijd hard nodig tegenover het speeksel van de diverse bewonersverenigingen en geen giftig Kleintje dat ons kleineert.
Frans Hummelman (vrijwilliger Inloopschip).
drie keer is scheepsrecht
In bovenstaande reactie van Frans op mijn vorige stukje over de twee brieven van inloopschippers zie ik weinig aanknopingspunten voor discussie. Nee natuurlijk bied ik geen excuses aan voor woordkeus en/of ondoorzichtigheid. Ik schreef eerder al dat de gewraakte zin met diens inleidende zin gelezen dient te worden. En ook schreef ik al eerder dat het 't Inloopschip is (samen met de gemeente) dat ondoorzichtig is. Er blijft mij weinig anders over dan suggereren wanneer de opvang en de gemeente samen de zaak in het geheim voorbereiden. Zoals telkens alles in het geheim wordt voorbereid. Of ik Frans mag zeggen dat hij de hand in eigen boezem moet steken weet ik niet. Ik weet immers niet of het bestuur en betaalde apparaat van het inloopschip haar vrijwilligers niet evengoed buiten de kennis van de locatie hebben gehouden, totdat het in de krant verscheen. De houding van het inloopschip in de publieke bijeenkomsten die daarop volgden vind ik nog steeds schijnheilig. Uit solidariteit met de zaak geeft niemand kritiek. Ik inmiddels wel.
Hoewel ik me afvraag of het zin heeft erop in te gaan en of ik niet slechts een spiraal van gif en agressie doe ontstaan, toch het volgende. De beste stuurlui staan immers aan wal.Nee, ik suggereer niet dat er onder inloopschippers mensen zijn die het burgemeestersambt of iets anders in het achterhoofd hebben. Ik weet niet hoe ik het duidelijker kan stellen als ik al deed. Ik zie en hoor het inloopschip dichter naar de gemeentewensen schuiven. Dat zag ik tig-keer op tig andere plaatsen ook. In mijn stukje probeerde ik nog te vertellen dat het naar mijn idee vrijwel onmogelijk is dit proces volledig te zien en dus beïnvloeden wanneer je er middenin zit. En de medewerkenden die ook hun boterham (salaris, in dit geval) van het schip halen raken sneller beïnvloed dan zij die dat belang niet hebben. Dus dat bedoel ik wanneer ik schrijf "in ieder geval de vrijwilligers zonder allerlei persoonlijke ambities". Waarmee ik, trachtend een volgende gifbui - voortkomend uit mogelijk ietwat vooringenomen lezen - te voorkomen, niet zeg dat betaalde medewerkers niet te vertrouwen zouden zijn of iets van dien aard. Ik maakte dit opschuifproces zelf ook enkele keren mee. Ook realiseer ik me, wat ik ook al schreef, dat je niet zonder de gemeente kan. En dat het een ingewikkeld probleem is. Dat Frans dat 'in het kruis schoppen' vindt kan ik niet helpen. Ik hef m'n voet niet eens op, dus je moet behoorlijk acrobatische vaardigheden hebben wil je dat als persoonlijk beledigend interpreteren.
Steeds stel je dat ik dingen suggereer, Frans. Maar ook de napraterij van de gemeente dat de opvang alleen voor Bosschenaren is, is slechts napraterij van mij. Napraterij van inloopschippers zelf. Niet uit nationalistische motieven of zo, vast niet. Maar feit is feit.
"Om klachten van Havensingelbewoners te voorkomen hebben wij onze gasten verplicht om niet tegenover de portieken tegenover het inloopschip rond te hangen. Dat is iets anders als politieagentje spelen om daklozen uit portieken te jagen." Welnu Frans, dat ben ik niet met je eens. Dat is hetzelfde. Je verzuimt overigens te melden dat het inloopschip de klanten die buiten moeten wachten, inderdaad in de portieken tegenover, want daar is het minder koud dan op de loopplank, actief aanzet daar weg te gaan. Of je daarmee bereikt dat de bewoners daarom geen klachten hebben vind ik niet relevant. Ik snap de overweging wel, maar ik vind 'm onjuist. Het inloopschip hoort niet de club te zijn die bepaalde plekken voor daklozen tot verboden gebied verklaart. Ik mag er wel gaan staan, zij niet. Fout dus. Daarnaast is de vraag wat je ermee bereikt. Wanneer ik vol vooroordelen, angsten, misschien zelfs egoïsme zit en een dakloze niet in m'n portiek wil zien ben ik intolerant. Door die dakloze uit mijn portiek weg te halen is mijn intolerantie niet weg, slechts de dakloze.
Discussie over dit soort zaken lijkt me zeer zinvol. Zoiets eenvoudigweg als giftig of kleinerend classificeren is te gemakkelijk en maakt onze bijdragen steeds minder interessant. Juist daarom vind ik het jammer dat je niet ingaat op de werkelijke discussiepunten die ik probeerde neer te leggen. De tactiek van de geheimhouding. De langzame samengroeiing met overheidsbelangen. Het pleidooi voor financiële matiging.
Frans, ik heb dit stukje nog eens goed doorgelezen. Om er zeker van te zijn dat je toch vooral niet uit het een of ander weer de een of andere schandalige suggestie zal halen.
Dit artikel is verschenen in Kleintje Muurkrant nr 305, januari 1997