Skip to main content
  • Archivaris
  • 308

De Haagse Schilderswijk als metafoor

Den Haag werd vorige week opgeschrikt door de brandaanslag op het woonhuis van de familie Kösedag in de Schilderswijk. Zes doden waren het schokkende gevolg. Verdriet en woede, maar wat is de achtergrond? De discussies lopen soms hoog op en er wordt veel afgegist.

De Schilderswijk: de grootste volkswijk van Nederland, bewoond door 40.000 mensen, waar het straatbeeld wordt bepaald door Turken en Marokkanen, en in mindere mate door Hindoestanen. Vrijwel alle nationaliteiten zijn er, hoe minimaal hun aantal soms ook is, vertegenwoordigd. Autochtone Nederlanders vormen er een slinkend aandeel in de populatie. De scholen zijn er 'zwart', want veel autochtone ouders sturen hun kinderen naar scholen ver buiten de wijk, die ingeklemd ligt tussen de vrijwel identieke Transvaalbuurt, de spoorbaan naar HollandSpoor en het centrum van Den Haag. De Schilderswijk: van oudsher een arbeiderswijk, sinds mensenheugenis de grootste van Nederland, met in de zestiger jaren evenveel inwoners als de stad Gouda (60.000). De Schilderswijk: met als tegenvoeter de wijken Benoordenhout, Marlot en de Vogelwijk, de buurten van de (zeer) welgestelden, gebouwd op duinzand, langs de kust.
De Schilderswijk was vanaf ongeveer 1860 geprojecteerd als volksbuurt voor kleine middenstanders en arbeiders op de drassige veengrond van de Zusterpolder. Met lange straten die het stramien volgden van de gedempte sloten en kanalen. De Schilderswijk, met de grootste concentratie Turkse Koerden in Nederland, en hun eigen bibliotheek in het kraakpand De Blauwe Aanslag, dat bontbeschilderd uitkijkt op de Schilderswijk, even buiten haar rafelige rand. De Schilderswijk, tenslotte, werd vier jaar geleden verblijd met de bouw van een Volksbuurtmuseum. Aan de plannen daarvoor gaf de toenmalige wethouder Adri Duivesteijn in de tachtiger jaren het groene licht. Een museum dat met tentoonstellingen uitdrukking zou geven van het leven in, en de geschiedenis van alle volkswijken in Nederland. Nu, na vier jaar, is dit museum door de gemeente Den Haag wegbezuinigd en wordt het in een wanhopige poging heringericht als multicultureel theater. De 'allochtonen' krijgen daarmee hun eigen hebbedingetje, op veilige afstand van de overige culturele centra in de Haagse binnenstad.

Een week na de brand met fatale gevolgen voor een Turks-Koerdische moeder en vijf van haar kinderen, is 'de Frans Halsstraat' nog steeds het gesprek van de dag. Wie zijn de daders? Er wordt alom gespeculeerd. Zijn het neo-nazi's? Is het de Koerdische vrijheidsbeweging PKK? Is het een afrekening in het criminele milieu? Is het misschien de Turkse geheime dienst? Of is het een individuele mafkees? Of is het mogelijk het werk geweest van kinderen die laat in de avond met vuur speelden? Alles is ongewis, zeker nu één van de organisatoren van de 'Tocht van wanhoop en Verdriet', waar enkele dagen na de brand 7.000 mensen in meeliepen, heeft 'bekend' dat hij zelf z'n woning in de fik stak, na de ontvangst van een racistisch pamflet in de brievenbus. Een pamflet met uit kranten geknipte teksten, waarin 'vrienden van buitenlanders' werden bedreigd. Zal de waarheid ooit boven tafel komen?

Wie, links-politiek gepokt en gemazeld in de zestiger en zeventiger jaren, en met de wetenschap van de parlementaire enquête 'Inzake Opsporing' naar aanleiding van de IRT-affaire, heeft er nog vertrouwen in het zoeken en vinden van de waarheid door politie, BVD en justitie? Wat dient er te worden verzwegen in het belang van de zogeheten staatsveiligheid? Vader en weduwnaar Zeki Kösedag is een Koerd. Er wordt 'gezegd' dat hij geen banden heeft met de PKK, dat er bij hem niets valt af te persen, omdat hij een uitkering heeft. Er wordt 'gezegd' dat hij medewerkers van MED TV, de in Londen gevestigde zender van de PKK, heeft gesproken die hem er van hebben weten te overtuigen dat de aanslag niet het werk was van deze beweging.
In de Koerdische bibliotheek in de Blauwe Aanslag 'zegt' de freelance journalist Cakan ("ik ben een bewuste Koerd") dat er een samenhang is tussen de 'drie' aanslagen, want door alle emotie wordt vergeten dat er binnen ruim een uur tijd drie aanslagen plaats vonden: op het Turks Islamitisch Centrum in de Koningsstraat, op een koffiehuis van Azerbeidzjaanse Turken in de Kaapstraat, en op de woning in de Frans Halsstraat. Alle drie zijn op vrij korte afstand van elkaar gelegen.

NRC-Handelsblad van zaterdag 29 maart meldt naar aanleiding van de Stille Tocht dat de ultra-rechtse en nationalistische beweging Ulququ (de voormalige Grijze Wolven), het revolutionair-linkse Dev Sol en de fundamentalisten hun eigen politieke belangen uitdroegen en met elkaar op de vuist dreigden te gaan. Op 2 april, kort na de voetbalwedstrijd Turkije-Nederland, kwam het tot een handgemeen tussen 2000 Turkse en Koerdische jongeren in het hartje van de Schilderswijk.
Het is een optie. De Koerdische journalist Cakan suggereert dat de drie brandaanslagen het werk zijn van de Turkse geheime dienst: "Onrust stoken en dreigen, typisch iets voor de geheime dienst." Het is opmerkelijk dat na de aanvankelijke beschuldigingen aan het adres van de PKK in de Turkse media, het de Turkse regering er alles aan gelegen is om de beschuldigende vinger uit te steken in de richting van Nederlandse neo-nazi's, waarbij de door haar gebezigde taal vooral is bedoeld voor binnenlands gebruik, teneinde de eenheid van alle Turken te bevorderen en hun angst voor het leven in het boosaardige Europa te doen groeien: wij Turkse Islamieten spreken onze afkeuring uit over het Christelijke, hypocriete Europa, dat ons niet wil vanwege onze Islam: laten ze eerst maar eens naar hun eigen mensenrechten kijken!
Een regeringsdelegatie naar Nederland dat tevens voorzitter is van de Europese Unie, dient dan om publicitair te benadrukken dat neo-nazi's de aanslag hebben gepleegd en dat Nederland onvoldoende energie besteedt aan politieel en justitieel onderzoek. Kortom: kan de reeks aanslagen worden verklaard als een cynische actie van de Turkse veiligheidsdienst, werktuig van een regime dat langs deze weg probeert om zijn eigen misdaden te verbloemen en de zeer bescheiden Europese kritiek daarop tot zwijgen te brengen? Een regime dat op deze wijze een poging waagt om aansluiting te vinden bij de Europese Unie?

Een volgende optie is dat Nederlandse neo-nazi's de reeks aanslagen daadwerkelijk hebben gepleegd. Ze moeten dan wel professioneel te werk zijn gegaan en over redelijk veel mankracht hebben beschikt. Bovendien zouden ze heel wat onderscheidingsvermogen moeten hebben om drie aanslagen te plegen op specifiek Turkse doelen, waarbij het Turks Islamitisch Centrum en het Azerbeidzjaans-Turkse koffiehuis als politiek/religieus conservatief bekend staan. Ze wierpen geen molotovcocktail naar een Marokkaanse moskee of een Surinaams ontmoetingscentrum. De 'Turken' moesten het ontgelden.
Een feit is dat in de residentie het racistisch vertoon op straat en in de portieken is toegenomen. Overal, maar met name in Scheveningen, Duindorp en Den Haag-Zuidwest, volkswijken waar de meerderheid autochtoon is, zijn veel hakenkruisen, graffiti-teksten en 'white power'tekens te zien. In den Haag is vrijwel geen kader meer dat zich daadwerkelijk bezighoudt met de politieke bestrijding van racisme. Van de actieweek 'Nederland bekent kleur' is op lokaal niveau nauwelijks iets te merken geweest.
Er zitten vijf fascisten in de gemeenteraad, verdeeld over CD, CP'86 en een afgescheiden eenling. Eén op de negen leden van de gemeenteraad is dus een neo-nazi. Van het Haags Meldpunt Discriminatiezaken wordt, behalve in een gepubliceerd jaarverslag, nauwelijks meer iets vernomen. Dit Meldpunt heeft onder meer als functie om racistische graffiti-teksten en tekens te laten verwijderen, teneinde de daders te ontmoedigen. En dat gebeurt niet. Men kan herhaaldelijk bellen over dezelfde nazi-tekens op dezelfde muren, maar daadwerkelijk gebeurt er dan niets. Volgens de woordvoerder van het Meldpunt zou schoonmaken de verantwoordelijkheid zijn van de verschillende stadsdeelkantoren, die bij navraag echter vertellen dat ze uitsluitend teksten en tekens verwijderen in de openbare ruimte, maar niet op particuliere eigendommen als huizen en portieken. Het resultaat is dat vrijwel alle racistische vuiligheid blijft zitten, omdat particulieren niet buitengewoon geïnteresseerd zijn in een tijdrovende en dure schoonmaakoperatie. Zelfs een schooldirecteur voelt zich niet aangesproken op racistische leuzen bij het poortgebouw.

In Den Haag, de woonplaats van Stewart Mordaunt en Joop Glimmerveen, lijkt dus het gemeentebestuur en de landsregering, de gemakzucht de dienst uit maken. In de Schilderswijk was de leiding van de Stille Tocht van Verdriet en Wanhoop onder meer in handen van de bewonersorganisatie Hoefeiser, gevestigd aan de Hoefkade. De voorzitter, zelf overigens niet woonachtig in de Schilderswijk, werd tijdens een persconferentie naar aanleiding van de brand in de woning van een medebestuurslid (de brand, die naar later bleek door hem zelf was veroorzaakt) niet moe om te verklaren dat de Stille Tocht geen anti-racistische bedoeling had en dat kinderen de brand mogelijkerwijs hadden aangestoken. Hij was er zelfs niet van op de hoogte dat even verder op de Hoefkade in forse letters 'Hitler is back' staat geschreven, vlak bij een woning die dichtgeplakt is met teksten van de Centrum-Democraten en een grote vlag van de Hell's Angels. "Over dat stuk Hoefkade gaan we niet" was zijn commentaar. "Wij hebben hier in de wijk maar een paar honderd CD- en CP'86-stemmers." Nee, dat is niet zo vreemd, die in groeiende meerderheid uit migranten bestaat.
De Schilderswijk: metafoor voor ontreddering en machteloosheid?

Roel Wuite, DenHaag (3 april 1997)

Dit artikel is verschenen in Kleintje Muurkrant nr 308, april 1997