Skip to main content
  • Archivaris
  • 296

Amerikaans revisionisme in contact met Nederland

Amerikaans revisionisme in contact met Nederland

"Strijdend tegen de joodse overheersing strijden wij voor het behoud van ons Arische kwaliteiten. Wij zien de Duitse nederlaag in 1945 als een nederlaag voor het hele blanke ras." "De huidige machthebbers en het systeem zijn onze vijand. Democratie is het hoogste niveau van krankzinnigheid, een zoethoudertje. Ons doel is de huidige machthebbers te vervangen door mensen met onze ideeën. Dat zal vanzelfsprekend niet gebeuren door verkiezingen maar regeringen zullen vallen".

Jammer genoeg worden deze uitspraken niet alleen gedaan door hersenloze hooligans maar ook door mensen die streven naar een zekere academische erkenning. Onder hen vallen de spijkerharde ontkenners van de Holocaust. Denk hierbij aan revisionisten als Ernst Zundel, David Irving, Robert Faurisson en Fred Leuchter. De laatste nam in 1988 monsters van het gas Zyklon B in Poolse concentratiekampen en kwam tot de 'conclusie' dat de gaskamers in Auschwitz, Birkenau en Majdanek nooit gebruikt zijn voor executies. Maar naast deze 'hooggeleerde' heren is er uiteraard ook nog een scala aan organisaties die ervan overtuigd zijn te moeten strijden tegen de zogenaamde joodse overheersing. In dit artikel ga ik in op enkele zeer bekende activiteiten binnen het internationale bruine netwerk en daarnaast tracht ik banden te leggen met het Nederlandse bruine netwerk.

Een van de mensen in Nederland die deel uitmaakt van het internationale bruine netwerk is het raadslid voor de CP'86 in Rotterdam Martijn Freling. Freling is exvoorzitter van het 'Nationaal Jeugd Front' (NJF), oprichter en exvoorzitter van het 'Aktiefront Nationale Socialisten' (ANS). Verder heeft hij samen met Eite Homan, Tony Douman, Gerrit 'Et' Woslink, Florrie Rost van TonningenHeubel en Constant Kusters, contact met de NSDAP/AO van Gary Rex Lauck. Daarnaast heeft hij goede contacten opgebouwd met de 'Nationale Alternative', een dekmantel van het Duitse ANS en is hij in contact gekomen met de Amerikaanse 'National Alliance' (NA). Nu blijkt uit de inval die in mei 1995 bij hem thuis is gedaan door de BKA dat hij ook betrokken is bij de terroristische organisatie 'Eine Bewegung im Waffen'.

Op 25 februari jl. was William Keller van de NA, een organisatie die strijd voor het behoud van de Arische identiteit, een week op bezoek bij Freling. De belangrijkste indruk die hij daar opgedaan heeft is: "De toestand is hier net zo slecht als in New York of Chicago. Veel te veel zwarte gezichten op straat" (Rotterdams Dagblad 040395).

In 1959 richtte George Lincoln Rockwell de 'American Nazi Party' (ANP) op. De blaadjes van de ANP waren 'Rockwell Report' en 'Stormtrooper'. Rockwell schreef het boek 'How to get Get Out and Stay Out of an Insane Asylum' en 'This time the world' (autobiografisch). Rockwell was moeilijk in de omgang en er was een tijd dat zo ongeveer ieder lid wel geschorst of geroyeerd was. Tevens was hij niet zo positief over de extreemrechtse wereld:
'I learned from bitter experience that the human material of the right wing consists 90 percent of cowards, dopes, nuts, onetrack minds, blabbermouths, boobs, incurable tightwads and worst of all hobbyists: people who have come to enjoy a perverted masochistic pleasure in telling each other forever how we are all being raped by the "shhyouknowwho" but, who, under no conditions would think of risking their two cars, landscaped homes or juicy jobs to DO something about it".

Bekende leden van de ANP zijn onder meer William L. Pierce, Robert Brannen en Joseph Tomassi. In 1966 veranderde Rockwell de naam in 'National Socialist White People Party' (NSWPP). In augustus van dat jaar wordt er een aanslag op hem gepleegd door de 29jarige, pas geroyeerde, John Patler. Matt Koehl volgt hem op. Het wereldbeeld van Koehl ten aanzien van joden wijkt niet af van het gemeengoed in de extreemrechtse wereld.

"In the future of Aryan America there will be no room for a jewish parasite colony. Therefore we are going to remove them from our presence....Maybe we can find a big island somewhere in the middle of the ocean where they can go and perfom hard and honest work just like anyone else, and if it kills them, well then it is their though luck. The world of the future will have no room for parasites".

Matt Koehl is echter niet zo'n begaafd leider als Rockwell en is als gevolg daarvan sterk afhankelijk van de leden Robert Lloyd en William L. Pierce. Onder het 'leiderschap' van Koehl groeide de NSWPP, maar in juli 1970 ontsloeg Koehl Pierce en kort daarna vertrok ook Lloyd. In 1972 werd Martin Kerr de tweede man achter Koehl. Kerr was een voormalig lid van de 'National Renaissance Party' (NRP) en redacteur van 'White Power' en 'National Socialist'. De NRP (de eerste Amerikaanse neonazi partij na WOII) is in 1949 opgericht door James Madole. Het blaadje dat ze uitgeven is de 'National Renaissance Party bulletin'. Na het sterven van Madole in 1978 zakt de NRP in elkaar. Onder Koehl blijft de NSWPP problemen ondervinden en in 1982 verandert de NSWPP in 'New Order'. Als de partij al een tijd aan het versplinteren is en er niet veel actieve leden meer zijn, neemt Koehl het besluit om samen te gaan werken met gelijkgestemden.
Tegenwoordig heeft de New Order een kern van 25 actieve leden en een honderdtal leden in totaal, en wie zijn lidmaatschap betaald krijgt het blad NSBulletin.

Dit versplinteren is niet vreemd in de extreemrechtse wereld,
denk maar aan het versplinteren van de CP in 1984 waaruit de CD en CP'86 zijn ontstaan.

In 1972 stelde George Corley Wallace zich namens de 'Democratic Party' (DP) kandidaat voor het presidentschap van de Verenigde Staten. Echter op 15 mei 1972 moest hij zich weer terugtrekken wegens een aanslag op zijn leven waarbij hij ernstig gewond raakte.
Het programma van de DP was sterk nationalistisch en anticommunistisch. Wallace werd in zijn campagne met 6 miljoen gesteund door Richard Viguerie. Viguerie is uitgever van het blad 'Conservative Digest'. De 'Conservative Digest' staat open voor ultraconservatieve groepen waaronder een van de succesvolste extreemrechtse organisaties, de ultraconservatieve 'John Birch Society' (JBS).
De JBS is opgericht in 1958 door Robert H.W. Welch Jr. die de boeken 'The Blue Book of the John Birch Society' en 'The Politician' heeft geschreven.De JBS geeft de bladen 'Bulletin of The John Birch Society', dat een intern blad is, 'American Opinion' en 'Review of the News' uit. Het ledental was op zijn hoogst, in de midden van de jaren 60, tussen de 50.000 en de 60.000 en zal nu tussen de 15.000 en 20.000 zijn. Welch is afgestudeerd aan Harvard, de universiteit van North Carolina en deed twee jaar de U.S. Naval Academy.
De brochures van de JBS worden in Nederland uitgegeven door de 'Bond NederlandIsrael' (BNI). De BNI heeft het idee dat tijdens een van de ballingsperiodes van het joodse volk in de bijbelse tijden tien van de twaalf Israëlitische stammen 'vermist' zouden zijn geraakt. Volgens de aanhangers van deze visie zouden die stammen na een lange tijd van omzwervingen uiteindelijk in NoordWestEuropa terecht gekomen zijn. De blanke Westeuropeanen, de Amerikanen en de Zuidafrikanen zouden daarom de echte Israëlieten zijn en dus het 'ware uitverkoren volk'. Onder de brochures die ze uitgeven valt ook de 'Protocollen van de Wijzen van Zion'.
Deze protocollen zijn, naar mijn weten, het meest gebruikte stuk door de extreemrechtse wereld en is een zogenaamd verslag van een vergadering van de geheime zitting van het eerste zionistische wereldcongres dat in 1897 in Basel gehouden moet zijn. Philip Graves echter heeft in 1921 al aangetoond dat de protocollen voor een groot deel gestolen zijn uit het boek 'Dialogue in Hell Between Machiavelli and Montesqieu or The Politicals of Machiavelli in the Nineteenth Century' van de Franse auteur Maurice Jolly uit 1867. Daarin valt hij de politiek van Napoleon III scherp aan. De protocollen puilen uit van passages uit het boek van Jolly, die overgenomen en aangepast zijn aan het jodendom.

Een voormalig organisator van de JBS is de revisionist Willis Allison Carto. In 1968 leidde deze een antisemitische uitwas van de 'Youth for Wallace'beweging en na een ontmoeting met leden van de 'Youth for Wallacebeweging' werd in november 1968 de 'National Youth Alliance' (NYA) door Carto opgericht. Carto kreeg medewerking van William L. Pierce, een voormalig lid van de ANP, en Louis Byers, een voormalig lid van de JBS. Een andere invloed op de NYA was de groep supporters van het blad 'Statecraft', een antizwart en antijoods blad uit Virginia. Echter de NYA was erg onstabiel en er ontstond al snel een fractie met aan het hoofd Pierce en een fractie met aan het hoofd Carto, waar zich ook de leden van 'Statecraft' bij schaarden.

Omdat Carto claimde dat de NYA een zijtak was van zijn Action Associates, eiste Carto dat de tegoeden van de NYA aan hem gegeven zouden worden. En dat ging zelfs zo ver dat John Accord in een schriftelijk beëdigde verklaring heeft onthuld, dat Carto zelfs ingebroken heeft in het kantoor van de NYA en het archief heeft ontvreemd. Vervolgens heeft hij de posterij ingelicht over de verhuizing van de NYA naar de Liberty Lobby (een onderdeel van Carto's organisatie).
In 1971 was de splijting volledig. Carto's fractie noemde zich de 'Youth Action' en Pierce's fractie werd in 1974 de 'National Alliance'. De 'Youth Action' bestaat nog steeds en bestaat via het blad 'Youth Action News' dat wordt uitgegeven door C.B. Baker. Zoals ik net al even opmerkte is ook de Liberty Lobby een onderdeel van de organisatie van Carto. De Liberty Lobby is de grootste neonaziorganisatie in Amerika met 25.000 leden en is opgericht in 1957. Tot augustus 1969 publiceerde de Liberty Lobby de 'Liberty Letter' en 'Liberty Lowdown'. Daarna stopte 'Liberty Letter' en startte de 'National Spotlight', deze werd al snel omgedoopt tot 'The Spotlight'. Tijdens de top van 'The Spotlight', die in 1981 was, werden er 315.000 exemplaren gedrukt. Nu staat de 'The Spotlight' op 90.000 expl. per week. 'The Spotlight' neemt een conservatieve houding aan en keert zich tegen ontwapening, pornografie en misbruik van sociale voorzieningen, en hangt tevens een samenzweringstheorie van de geschiedenis en de overheid aan. Verborgen krachten worden geacht de gebeurtenissen te beheersen en te manipuleren. De grootste samenzweerders zijn de joden. Het middelpunt van Carto's activiteiten aan de westkust vormt het 'Legion for Survival of Freedom Inc'. Deze maatschappij is eigenaar van 'Noontide Press', het hart van Carto's uitgeversimperium, en eveneens van 'American Mercury' en het 'Institute for Historical Review' (IHR).
Het IHR is opgericht in 1978 en heeft als blad 'Journal for Historical Review', dat driemaandelijks verschijnt en een oplage heeft van rond de 25.000. Het IHR is opgericht door Lewis Brandon, dat een pseudoniem is voor David Mc. Calden.

Op Mc. Calden's verzoek loofde de IHR een prijs uit van $50.000 voor iemand die kon bewijzen dat er een gaskamer bestond in een van Hitler's concentratiekampen. Vervolgens ging Mel Mermelstein, een overlevende van het concentratiekamp AuschwitzBirkenau en Buchenwald, in op dat verzoek. Op 20 november 1980 schreef de IHR aan hem :

'Dear Mr. Mermelstein (sic): Your recent letter in the Jerusalem Post indicates that you can prove that Jews were gassed in gaschambers at Auschwitz. At our 1979 Revisionist Convention we announced a $50,000 reward for proof of this allegation. To date, no one has stepped forward, and at the 1980 Revisionist Convention we suspended the reward and replaced it with a $25,000 reward for proof that The Diary of Anne Frank is authentic, and another $25,000 reward for proof that Jews were turned into bars of soap by the Nazis. In the circumstances, we will reopen the $50,000 reward so that you can apply. I enclose the necessary application forms. Please note that the evidence will be judged along the same standards as evidence in a U.S. criminal court; not the standards of the Nuremberg Trials. If we do not hear from you, we will be obliged to draw our own conclusions, and publicize this fact to the mass media, including the Jerusalem Post.
I look forward to hearing from you very soon.

Sincerely,
Lew Brandon
Director'

Mermelstein ging in op het verzoek, maar kon volgens hen niet bewijzen dat joden in het algemeen en zijn moeder en twee zussen in het bijzonder waren vergast in Auschwitz. Hier was Mermelstein het niet mee eens en hij stapte naar de reguliere rechtbank. Deze oordeelde:

"Under Evidence Code Section 452(h), this court does take judicial notice of the fact that Jews were gassed to death at the Auschwitz Concentration Camp in Poland during the summer of 1944" en "It just simply is a fact that falls within the definition of Evidence Code Section 452(h). It is not reasonably subject to dispute. And it is capable of immediate and accurate determination by resort to sources of reasonably indisputable accuracy. It is simply a fact."

Mermelstein kreeg zijn $50.000. De IHR en Mermelstein gingen in hoger beroep maar de IHR blies de hele zaak later af en regelde met Mermelstein een afkoopsom van $90.000 voor verdere vervolging. Daarna bracht Mermelstein een boek uit over de holocaust met als titel "By Bread Alone, The Story of A4685" (ISBN 0960653406).

Mc. Calden was een Britse neofascistische activist die in 1978 naar de Verenigde Staten is vertrokken. Mc. Calden was, samen met John Tyndall, onder meer betrokken bij de oprichting van de 'British National Party' (BNP), een splintergroep van het 'National Front' (NF), in 1981. In 1990 sterft Mc. Calden. Tot de internationale verbindingen van de BNP behoort de Duitse neonazipartij NPD en de 'National Socialist Alliance'. De 'National Socialist Alliance' herbergt onder meer de naziband 'CelticWarrior'. Met deze band heeft de moordenaar van Michael Poye, Franky Kattenburg, goede contacten.
Het aantal leden van de NF is lang niet zo groot meer als in de jaren zeventig (meer dan 17.500) maar men moet toch in duizenden rekenen. Het hoofdkwartier annex boekenwinkel van de BNP was tot zeker 1990 gesitueerd in het Oostlondense Welling. Daarnaast brengt de BNP de blaadjes 'Spearhead' en 'British Nationalist' uit. De BNP heeft onder meer contact met de Utrechtse kringvoorzitter van de CD Martin de Regt.

Hoe Martin de Regt over joden en medelanders denkt wordt duidelijk als hij vertelt over een scène uit een film over Duitse concentratiekampen: 'Leerzaam hoor. Dan weten we hoe we het straks moeten doen met alles wat nietNederlands is. De joden moesten zeggen dat Adolf Hitler een lieve man was, anders kregen ze een stroomschok. Geinig!' (GA230494)

Ook Mc. Calden was erg moeilijk in de omgang. Zo was er constant een conflict tussen hem en Carto dat hij ook in zijn blad 'David Mc Calden's Revisionist Newsletter', waarvan er meer dan honderd zijn verschenen, uitvoerig behandelde. Het IHR van Carto is gewijd aan het holocaust'revisionisme' en laat dan ook in zijn blaadje 'Journal for Historical Review' vaak ruimte over voor revisionisten als David Irving en John Toland. Irving schreef het bij AVON books in New York uitgebrachte 'Hitlers War', een 794 pagina's dik boek dat Irving als zijn levenswerk beschouwt. Hierin wordt Adolf Hitler afgeschilderd als een man met beperkte macht en wordt tegelijkertijd de holocaust gebagatelliseerd. Kort daarop schreef Irving het voorwoord voor Fred Leuchter's studie over de gaskamers van Auschwitz, zie boven. Irving zelf is een Engelsman, 57 jaar oud, en historicus, zij het zonder diploma. Maar dat deert hem niet. Hij heeft immers, volgens zichzelf, de waarheid in pacht en die moet verkondigd worden. Daarom toert hij rond de wereld en geeft lezingen, onder de titel 'Wahrheit macht frei' (wat een walgelijke toespeling is op de spreuk 'Arbeit macht frei' boven de toegangspoort van Auschwitz), waarin hij verkondigt dat Duitsland geen schuld heeft aan WOII.
Om weer even terug te keren naar de IHR, tegenwoordig is Thomas Marcellus de directeur van de IHR. En er zijn grote problemen tussen Carto en de 'Legion for Survival of Freedom, Inc.' waarbij de dochteronderneming IHR een hoofdrol speelt. En om de problemen met Carto nu eens publiekelijk te verspreiden geeft het IHR de 'IHRupdate' uit. Uit nummer 1 van februari 1995 blijkt dat sinds september 1993 de banden tussen de IHR en Carto zijn verbroken en dat Carto sindsdien via 'Spotlight' duidelijk heeft proberen te maken dat de IHR overgenomen is door de, volgens hem, zionistische 'AntiDefamation League' (ADL). Waar het allemaal om draait is de nalatenschap van Jean Farrel, die volgens het IHR aan hen toekomt en volgens Carto aan hem. Maar Carto houdt zich niet alleen bezig met de IHR, hij heeft ook de blaadjes 'Washington Observer' en 'Western Destiny', die vanaf verschenen 1964 onder zijn hoede. Daarnaast had Carto ook nog een politieke arm en wel de 'Populist Party' (PP). Deze is opgericht in 1984 en heeft als blad de 'Populist Observer'. En ook in 1984 stelde Bob Richards, een tegenstander van antisemitisme, zich kandidaat voor de PP voor de presidentsverkiezingen van '84. Het vreemde aan dit geheel was dat de PP antisemitisch was, met als gevolg dat toen de PP zich in zijn campagne ook als zodanig profileerde en daar ook in het land bekend mee werd, Richards zich 'terugtrok'. In 1988 kwam de PP met David Duke als presidentskandidaat. David Duke was de oprichter van de 'Knights of the Klu Klux Klan' in Louisiana in 1974. Net na de oprichting verliet het lid Bill Willkinson Duke's Knights om zijn eigen Klan te vormen. Dit werd 'Invisible Empire, Knights of the Klu Klux Klan'. Direct na zijn vertrek krijgen Willkinson en Duke hooglopende ruzie. Uiteindelijk geeft Duke het op en geeft hij zijn organisatie over aan Alabama Grand Wizard Don Black. Een aantal interessante details zijn dat Don Black, tegenwoordig geen leider meer van de 'Knights of the Klu Klux Klan', oprichter is van de grootste extreemrechtse informatieleverancier op internet, 'Stormfront'. Daarnaast is het eveneens aardig om te weten dat Willkinson het blaadje 'The Klansman' heeft uitgegeven en dat in 1992 J.W. Farrands de uitgever was van dat blaadje. Hieruit zou je kunnen afleiden dat 'Invisible Empire, Knights of the Klu Klux Klan' en 'Invisible Empire of the Klu Klux Klan' een en dezelfde organisatie is. Welnu, in 1992 is het Farrands door de rechter verboden om nog activiteiten te ontplooien in de 'Invisible Empire'. Waarna hij de nieuwe Klangroep, de 'International Keystone Knights of the Klu Klux Klan', oprichtte. Vervolgens heeft John E. Howard, Farrands opvolger, de nationale organisaties veel meer autonomie gegeven. Ze hebben nu een lokale leiding en vallen verder direct onder 'Foreign Emissary' William Hoff, Howards rechterhand. Nu wil het 'toeval' dat de toenmalige CP'86voorzitter Wim Wijngaarden in 1992 een collectief lidmaatschap van de 'Invisble Empire of the Klu Klux Klux' heeft aangevraagd, hij wist uiteraard niet dat dat alleen op individuele basis kan.

Volgende keer meer over de CP'86, KKK, NA, NSDAP/AO,...

Met dank aan Kleintje Muurkrant, de Stelling, FOK en KAFKA voor het verstrekken van informatie.

Dit artikel is verschenen in Kleintje Muurkrant nr 296, april 1996