Skip to main content
  • Archivaris
  • 296

Fart-card

In KL 295 stond een ingezonden artikel over microchip implantatie bij huisdieren als preventief middel zodat zij, ter geruststelling van de bazen en bazinnen, altijd opgespoord konden worden. De schrijver uitte zijn bezorgdheid over de mogelijkheden van deze technologie, de geluisloze invoering ervan en het gebrek aan discussie hierover.

In Kleintje 278, 279 en 280 van 1994 stonden een drietal artikelen over de toenmalige stand van zaken ten aanzien van de technologie van de politieke controle. Aan de ene kant de voortdurende erosie van de privacy van de burgers en aan de andere kant de explosief toenemende technologische mogelijkheden van de staat, resp. van het nationale en internationale bedrijfsleven om het gedrag van de burgers resp. consumenten op te slaan, te "volgen" resp. min of meer te voorspellen. Gegevens omtrent: gedrag, opvattingen, houdingen, gezondheid, inkomen, sociale relaties, consumptiegedrag, alsmede persoonsgegevens en dergelijke zijn elektronisch op te slaan, uit te wisselen, te vergelijken; zij vormen uiteraard tevens de basis om beleid te voeren. Een citaat uit Kleintje 280: "de smartcard als betaalmiddel, identificatiebewijs en sociale databank, oftewel als het ultieme middel tot totale sociale controle. Deze nieuwe vindingen worden in de media dan meestal van elkaar geïsoleerd, als incident, beschreven; niet als onderdeel van een technologiese ontwikkeling laat staan met aandacht voor de verregaande sociale en politieke consequenties welke verbonden zijn aan invoering ervan."

In 1994 werd geconstateerd dat er in de Nederlandse media weinig kritisch naar dit soort technologieën gekeken werd en dat de berichtgeving hieromtrent zo goed als altijd gefragmenteerd en van een zeer hoog hoeragehalte was. Het zo goed als altijd kritiekloos overgenomen marketingverhaal van de producenten en van de bureaukraten kwam (en komt) neer op bestrijding van: criminaliteit, illegaliteit, misbruik (fraude) van sociale en gezondheidszorg voorzieningen, en ...... uiteraard ook: als ultieme vorm van gemak; ieder zijn/haar eigen identificatiebewijs en ... geen contant geld meer op zak nodig, niks geen strippenkaartgedoe meer, nooit meer steeds je verhaal te hoeven houden bij het aanvragen van een subsidie of wat dan ook. Nee, alles staat op je smart-health-identi-card (met air-miles).

Inmiddels zijn we meer dan een jaar verder. "Nederland is het chipkaartland bij uitstek. In geen enkel land ter wereld lopen zoveel proeven met chipkaarten als in dit land. Volgens het Nationaal Chipcard Platform zijn er momenteel (1995) zo'n 40 verschillende chipkaarten op de markt, variërend van telefoonkaarten, parkeerkaarten (PIAF), call-a-car kaarten, telebankierkaarten en zelfs chipkaarten voor het registreren van asielzoekers. Al deze kaarten hebben op de een of andere manier een betaalfunctie"; aldus de Volkskrant.

Eind 1995 zijn er in Engeland al meer dan 200.000 honden en katten van een ingeplante chip voorzien, wekelijks komen daar gemiddeld zo'n 1000 dieren bij. Minder bekend is overigens, dat varianten van chip-implantaten al jaren in gebruik zijn bij mensen, nl. bij medische implantaten. Allerlei gegevens, inzake de producent van het implantaat, de behandelende arts en dergelijke, zijn door middel van een chip ingebracht in het implantaat en afleesbaar via een scanner (Smart Device van Hughes Identification Services, ook in gebruik bij LipoMatrix Inc.). Wat de techniek betreft is dus een nieuwe methode van sociale controle reeds lang geboren.

Identificeren en vergelijken
"Elke inwoner van een moderne, hoog 'ontwikkelde' samenleving voelt dat zij/hij in twee werelden tegelijk leeft. De ene is de alledaagse, sociale wereld van gebeurtenissen, mensen, relaties enzovoorts. Een wereld welke op menselijke ervaring berust. De andere wereld is een 'papieren' wereld van formele documenten, welke ertoe dienen om de eerdergenoemde, ervaren, realiteit te toetsen, sanctioneren en -algemeen gesteld- te bevestigen." (Rule: pag. 13). Die papieren wereld, van geboorteregisters tot strafregisters, van kentekenbewijzen tot bevolkingsregisters; van paspoorten, rijbewijzen en andere vormen van identificatie, is in een sneltreinvaart aan het veranderen in een elektronische wereld, waarbij al dit soort persoonlijke gegevens elektronisch opgeslagen worden in persoonsbestanden (databestanden) van gemeentelijke en nationale overheid, alsmede in de bestanden van ondernemingen (van vaste-klanten-kaarten en airmiles voor de consument tot een eigen identificatiebewijs voor het personeel). Door middel van telecommunicatie (modems) is het mogelijk om dergelijke bestanden onderling razendsnel te koppelen en gegevens uit te wisselen. In essentie is het mogelijk om door het koppelen, door middel van telecommunicatie (o.a. modems), van dergelijke databestanden aan één systeem van persoonsidentificatie (ook data-matching of dataveillance genoemd) de (politieke) controle op de bevolking te optimaliseren. Oftewel, in de woorden van een van de oprichters van Privacy International: "Data matching is the technological equivalent of a general warrant on the entire population." (Davies: pag. 89). Immers, iedereen die opgenomen is in een persoonsbestand, en dat is te zijner tijd de gehele (wereld-?)bevolking is verdacht en potentieel crimineel. Databestanden groeien in aantal en omvang met de dag, de technische mogelijkheden van de telecommunicatie ondergaan een revolutie. De vraag is hoe het staat met de derde voorwaarde: de identificatietechnieken.

Identificatiebewijzen zijn er heden ten dage in een beperkt aantal vormen. De eerste vorm is iets dat je hebt, zoals een identificatiebewijs, of -kaart. De tweede is iets dat je weet; zoals een PINcode b.v. De derde vorm is een combinatie van iets dat je bent en iets dat je doet;, vingerafdruk, handschrift, stemafdruk. Deze laatste (gecombineerde) vorm van identificatie wordt biometrie genoemd. De technologie van de biometrie heeft een snelle ontwikkeling doorgemaakt en de accuratesse staat op een nivo dat nog door geen andere vorm van identificatie bereikt is.

Het verzamelen, bewerken en opslaan van iemands fysieke karakteristieken is een van de gebieden waar de ontwikkelingen in techniek en software de afgelopen jaren met grote sprongen zijn vooruitgegaan. De bekendste vormen van hightech identificatie zijn: het scannen van de retinas, (netvlies van het oog) het in kaart brengen van de geometrie van de hand, het scannen van de duim, van vingerafdrukken, de stemherkenning en gedigitaliseerde (opgeslagen) pasfoto's. (Davies: pag. 62).
Iriscan scant de retina en is volgens de fabrikant accuraat tot 10 tot de 15e bij de eerste scan en 10 tot de 22e bij de tweede scan.
Biometrics Technologies heeft laboratoriumtests verricht van een systeem dat vingerafdrukken afleest (Printscan). De ontwikkeling van de geometrie van de hand betreft een scan van de vorm en karakteristieken van een gehele hand. Een test van dit systeem vindt plaats op luchthavens in de VS. Frequent travellers kunnen zich aanmelden voor zo'n identificatiebewijs. De gang van zaken is als volgt: de handpalm wordt op de scanner gelegd, die tast nauwkeurig af en legt de maten en details van de vorm alsmede van de contouren van de hand vast. Dit wordt opgeslagen (binnenkort op een smartcard), ook de vingerafdrukken worden genomen en digitaal vastgelegd. Met behulp van zo'n kaart, die elektronisch wordt afgetast, alsmede door het laten scannen van de hand en vingerafdruk, wordt gecheckt of de persoon in kwestie wel diegene is wiens gegevens op de kaart staan. Zo ja, dan kan je via de elektronisch bewaakte poort het land in.
In verschillende andere landen en in verschillende grote ondernemingen wordt geëxperimenteerd met varianten van deze identificatietechnieken, met name (uiteraard) in de fraudebestrijding. Zo wordt bij voorbeeld in Spanje een landelijk systeem van vingerafdrukken voor aanvragers van werkeloosheids uitkeringen ontwikkeld. Creditcardmaatschappijen ontwikkelen kaarten met een pasfoto en gedigitaliseerde vingerafdruk, bij aankopen wordt de vingerafdruk op de kaart vergeleken met die van de kaartgebruiker.
Tja, aan de derde voorwaarde van optimalisering van de politieke en sociale controle over de bevolking wordt hard gewerkt.

Verdere Litteratuur:
Campbell, D. & Connor. S.: On the record: Surveillance, Computers and Privacy, London, 1986
Davies, S.: Big brother. Britain's web of surveillance and the new technological order, London, 1996
Lyon, D.: the Electronic Eye. The rise of surveillance society, Oxford, 1994
Rule, J.B.: Private Lives and Public Surveillance, London 1973
Beste Chipknip blijft die van Postbank; in de Volkskrant van 24 februari 1996.

Dit artikel is verschenen in Kleintje Muurkrant nr 296, april 1996