Onvastgoed (005)
door Jan Portein
Wat Michel van Rijn betreft kon het vriezen of dooien. Na zijn gesprek in Hotel Des Indes met Robert de Haze Winkelman. Het loodsvisje van Frank Zweegers (1). Een kwart meloen handelsgeld voor de in- en verkoop van kunst? En werk van Constant Permeke uit het bezit van de familie Zweegers op papier versjacheren? Het kon zomaar wat vrijblijvend gehengel zijn geweest. Maar de fameuze mindfucker van de kunstwereld was nog niet in Buenas Aires gearriveerd of hij kreeg een telefoontje van de Nova Scotia bank dat op zijn dollarrekening 250.000 Amerikaanse flappen waren gestort. In twee tranches. Diezelfde dag nog liet het duo Zweegers/De Haze Winkelman weten dat ze tien dagen daarna hun opwachting zouden maken in de Argentijnse hoofdstad. Hoe welkom die poen ook was, met name het Permeke-plan had in Van Rijn's keelsgat de verkeerde afslag genomen. Hij nam zich toen al voor om Zweegers het bos in te helpen. En daar zou nog een zwaarwegende factor bijkomen. Niet lang na aankomst van het dure Nederlandse duo schoven ze met Michel en Patricia, diens partner tegen wil en dank, aan tafel voor een exquis diner in het beau monde restaurant Munich. Een heel toepasselijke naam voor wat later zou volgen. Bollinger brut. Babbel. Bollinger brut. Babbel. Ah, daar is de menukaart. Frankie koos voor stierenballen en Michel volgde zijn voorbeeld. Voor Robert en Patricia werd een excellente steak tartaar, de spécialité de la maison, geserveerd. Dit alles vergezeld door bijbehorende kwaliteitswijntjes. Geanimeerd werd het nooit, ondanks de woeste poging van Robert om met een luidkeels uitgevoerde Winnetou-imitatie de stemming wat op te krikken. Helaas kwam die imitatie niet verder dan het niveau van Klukkluk en daar zat niemand op te wachten. Het genante intermezzo was voor Frank kennelijk het sein om Michel even apart te nemen en hem duidelijk te maken wat hij met hun voorgenomen kunsthandel in wezen voor ogen had. “Nazikunst”, zei hij zachtjes. “Het zit er hier vol mee en jij kan het voor ons vinden”. Oftewel, Michel moest met de poen van Frank op pad om door de Nazi's tijdens en na de oorlog naar Argentinië gesmokkelde kunst op te duikelen en die in het duistere circuit aan de man te brengen. Noem het pech hebben, maar Michel was en is van Joodse bloede via de kant van zijn moeder, die ondanks de gevaren die haar bedreigde tijdens de oorlog tot de verzetsgroep van Gerrit van der Veen had behoord en na die periode nooit meer los was gekomen van die periode (2). Michel liet verder niks merken, maar de boot was aan. Frank Zweegers en Klukkluk de Haze Winkelman konden het schudden. Rien ne va plus, niets is meer van u. Veni, vidi, foetsie. Om van je schuit gehaald te worden op Capri mag dan een behoorlijke deuk zijn geweest in Zweegers' imago (3). Maar reken erop dat dit ook een flinke jongen was. Een die trouwens deel uitmaakt van de spectaculaire inhoud van het vervolg op het succesvolle boek “Hot art, cold cash”, dat dit jaar nog in de schappen zal verschijnen. Stay tuned.
(1) Zie vorige aflevering.
(2) Zie aflevering 23 van de serie “Naar de kloten”.
(3) Een geheugensteuntje is nooit weg.