Skip to main content

IJ, IJ (019)

16 september 2002

De grote stuurman van de ABN/AMRO Rijkman (toepasselijker kan niet) Groenink zaterdag in De Telegraaf: "Wij beoordelen onze zakenpartners op hun normen en waarden". Oh? We mogen toch aannemen dat die regel ook geldt voor de dochterbedrijven van De Bank. Zoals bijvoorbeeld het Bouwfonds in Hoevelaken. Uit reportages van diezelfde Telegraaf, NOVA en het radioprogramma Argos is de afgelopen weken gebleken dat minimaal melkkoeien van vraagtekens zijn te zetten bij de opvattingen die bij de dagelijkse leiding van dat fonds leven over het stokpaardje van de hoogste baas. Er wordt door het Bouwfonds namelijk in samenspel met het Amsterdamse beleggingsduo Endstra/Hummel gehusseld met miljoenen die volgens John Mieremet, een van de vroegere 'enforcers' van de ons zo vroeg ontvallen Klaas Bruinsma, voor een deel afkomstig zijn uit het avontuurlijke circuit. En nou kunnen de twee beleggers wel heel bijdehand de brengers van het onheil voor de kadi slepen en rectificatie cq. schadevergoeding eisen, maar wij hebben nog niks vernomen over een proces tegen Mieremet.
Ook een andere figuur uit de vroegere entourage van 'drugslord' Bruinsma heeft het plan opgevat om langs justitiële weg de verzenen van de pers tegen de prikkels te slaan. Dat is Gerrie Lasés. Sedert 1994 galeriehouder in zowel Amsterdam als Parijs. In vroeger dagen ondermeer uitbater van dames (om het woord pooier niet te gebruiken) en uitsmijter. Die gegevens over zijn pre-artistieke carrière maakten afgelopen zomer onderdeel uit van een reportage in HP/De Tijd over de miljoenenverkoop van de Cobra-collectie van collectioneur Karel van Stuijvenberg aan een onbekend gebleven "Duitse kunstliefhebber", die mogelijk synoniem is aan de heer Snijders uit Enschede. Ook geen onbekende in het ontdeugende circuit (zie: "De pAn en de ethiek" van 2 oktober 2001 in deze rubriek). Het artikel ging ervan uit dat Lasés, die bij naam en toenaam werd genoemd, bij de verrassende verkoop een rol als intermediair had gespeeld. Nou is het vooral in een dergelijke pretentieuze context natuurlijk nooit leuk om aan je bezwadderde verleden herinnerd te worden en soms ga je zelfs zo ver om het allemaal te ontkennen. Zoals bijvoorbeeld tegenover Kleintje Muurkrant op 17 september van het vorig jaar naar aanleiding van een aantal prangende vragen:
"Ik heb nog nooit met de heer Engelsma ('consigliere' van Bruinsma) gesproken, laat staan met de heer Bruinsma, of geld van deze lieden of organisaties ontvangen ter financiering van mijn gallery-aktiviteiten. Ik ben nog nooit betrokken geweest bij de sexindustrie of drugshandel, of in aanraking geweest met justitie omtrent dit soort zaken. Dat ik uitgeweken zou zijn naar Parijs in verband met een drugsschandaal is je reinste kolder. Dat er veel jalouzie is bij een aantal collega's jegens mij is bekend. Wellicht komen deze indianenverhalen uit die hoek. Uiteraard als ik bij naam in de pers word genoemd i.v.m. dit soort berichten, zal ik mij tot een advocaat wenden en juridische stappen ondernemen."
Vorige week maandag 9 september zouden de advocaat van Lasés en die van HP/De Tijd de degens kruisen tijdens een kort geding. Kort voor deze showdown vroeg Lasés om een maand uitstel. Vraag is of van dit uitstel afstel komt. Want tussen 20 en 27 oktober vindt in de Amsterdamse RAI de 2002-versie van de nationale kunst en antiekbeurs pAn plaats. Daar presenteert ook Lasés zijn artistieke koopwaar en wees eerlijk, veel geraas in de pers over bovenstaande onderwerpen zo vlak voor een tentoonstelling kan nooit gunstig uitpakken. Vandaar misschien ook dat hij onze vraag naar de reden van het uitstel van de rechtszaak van 9 september jl. onbeantwoord heeft gelaten.

Klik hier om uw reactie toe te voegen
16 september 2002