De moord op Louis Sévèke (023)
In 2012 richtte de toen 44-jarige Marcel Teunissen een website in met de ondertitel Hoe ik het liet gebeuren zonder het gedaan te hebben. Er is ‘boven de vouw’ geen aanduiding van wanneer de site voor het laatst is bijgewerkt. Maar op het gedeelte Gevangenisherinneringen van een ex-anarchist is copyright per 2014 geclaimd. De homepage heet Bedankt en tot ziens! Er is tevens een link naar een deel dat heet Waarom de zaak-Sévèke over moet en ‘De Afrekening’. Uit dit gedeelte van de site wordt in het vervolg geciteerd, tenzij anders aangegeven.
Teunissen vindt dat de zaak tegen hem over moet omdat ‘ik bij de zaak betrokken ben, maar niet de dodelijke schoten heb gelost. Ik heb het wapen geleverd en de munitie, en het was de bedoeling dat het slachtoffer ontvoerd zou worden. Toen de dodelijke schoten vielen, zat ik in een auto in de Piersonstraat te wachten op nadere instructies.’(...)’(Wie de schoten dan wel heeft gelost en wat er dan wel is gebeurd) is na te lezen in De Afrekening.’ Het relaas De Afrekening omvat honderd pagina’s en krijgt op de site de ondertitel Het ware verhaal mee.
Teunissen citeert bij aanvang William James en Lee Harvey Oswald. De Amerikaanse psycholoog James beweerde: ‘If no one turned round when we entered, answered when we spoke, or minded what we did, but if every person we met 'cut us dead,' and acted as if we were non-existing things, a kind of rage and impotent despair would ere long well up in us, from which the cruellest bodily tortures would be a relief; for these would make us feel that, however bad might be our plight, we had not sunk to such a depth as to be unworthy of attention at all.’ (William James, The Principles of Psychology, Chapter X)
Lee Harvey Oswald beweerde na zijn arrestatie als verdachte van de moord op president Kennedy: ‘No, they are taking me in because of the fact that I lived in the Soviet Union. I'm just a patsy!’ (A JFK Assassination Glossary, NYT, 26 oktober 2017). De term ‘patsy’ kwam in deze serie eerder ter sprake. In aflevering 9 leest het: ‘Met het toespitsen van een onderzoek op een dader die door omstanders en omwonenden als schutter wordt beleefd, neemt men een risico. Wat als die vermeende dader een ‘patsy’ is? Iemand die op het moment suprème ter plekke is, maar dan als bliksemafleider…?’ Teunissen geeft aan het begin van zijn relaas meteen aan in die rol te willen kruipen …
(JoopFinland)