Skip to main content

De Bank (004)

17 november 2000

De Bank één

De Indonesische wetenschapper Aditjando publiceerde zijn onderzoek naar de illegale geldstromen van de familie van ex-president Suharto. Een voorproefje daarvan kwam een week of wat geleden naar buiten. Drie Nederlandse banken zouden volgens de onderzoeker betrokken zijn geweest bij een reusachtige illegale operatie. Via de ABN/AMRO, Mees Pierson en Insinger werden miljarden dollars van Indonesische liefdadigheidsclubs overgeheveld naar de bankrekeningen van Suharto's kroost in belastingparadijzen. Om even bij de grootste van de drie te blijven: begin 1997 kwam een kantoor van de ABN/AMRO in een uiterst kwalijk daglicht te staan. Verschillende kranten maakten toen melding van het feit dat bij het kantoor van de bank aan de Amsterdamse Sarphatistraat drugsbaronnen, wapenhandelaren en staatshoofden coderekeningen hadden lopen. Pas geleden is bekend gemaakt dat een heel roedel van internationale grote banken nieuwe richtlijnen heeft aanvaard om het geldverkeer wat transparanter te maken en witwassen zoveel mogelijk uit te bannen. Of dat ook betekent dat wij binnenkort van de ABN/AMRO eindelijk mogen vernemen wie die staatshoofden waren en of Suharto daar ook bij hoorde, is twijfelachtig. Misschien maakt Aditjando ons binnenkort wat wijzer (1).

De Bank twee
Een week of wat geleden meldden een paar dagbladen uiterst summier dat twee Italiaanse onderzoeksrechters naar Nederland zijn gekomen voor een onderhoud met een paar werknemers van de ABN/AMRO. Onderwerp van gesprek: het witwassen van 2 miljoen drugsguldens van Colombiaanse, Italiaanse en Amerikaanse origine. De suggestie dat De Bank hierbij betrokken zou zijn geweest was afkomstig uit de verhoren van een Siciliaanse accountant die de dag ervoor in Monaco tot zeven jaar gevangenisstraf was veroordeeld. Een klein bericht, maar wel degelijk een grote zaak. Het ging om Agatino Pedicone, een bekende figuur uit de internationale autoracerij. De accountant deed al heel wat jaren zaken in Monaco. In verband met de oprichting van de firma Monte Carlo Promotor verwierf hij in 1998 zelfs een voorlopige vestigingsvergunning. In de zomer van 1999 stuitten de Zwitserse autoriteiten op een drugsaffaire. Daarbij zou ruim zes miljoen Franse francs in verschillende tranches van Pedicone's rekening bij de Gotthardbank in Monaco zijn overgeheveld naar een bankrekening van drugssmokkelaar Paul Murphy in Lugano. Het daar gevestigde filiaal van de ABN/AMRO en/of dat in Chiasso (2) is waarschijnlijk vanaf dat moment een rol gaan spelen bij de witwasprocedure. Het onderzoek van de door de Zwitsers gewaarschuwde justitiële snuffelaars in Monaco bracht aan het licht dat de deposito's van Pedicone op diens rekening bij de Gotthardbank herhaaldelijk bestonden uit tassen vol met cash. Verder werd vastgesteld dat zijn maîtresse de dochter was van Alfredo Bacerra, die al sedert 1977 in de files van de Amerikaanse Drugs Enforcement Administration voorkwam als een notoire Colombiaanse drugssmokkelaar. Daarnaast onderhield Pedicone nauwe persoonlijke contacten met de Sicilianen Giovanni Bini en Angelo Siina. Twee toplieden uit het inmiddels afgebrokkelde imperium van godfather Toto Riina, die onder anderen rechtstreeks betrokken waren bij de moord op onderzoeksrechter Falcone. Geen peanuts dus. De ABN/AMRO heeft al verklaard van niets te weten.

De Bank drie
Onlangs heeft de als uiterst recalcitrant te boek staande Amerikaanse publicist Sherman Skolnick een fors aantal artikelen op het internet gezet waarin ondermeer de ABN/AMRO en haar dochter LaSalle National Bank in Chicago een rol kregen toebedeeld in de verdwijning van tweeduizend ton goud uit de Russische staatskas in de beginperiode van het Jeltsin-regime. De ultra-rechtse Skolnick, die al decennialang een kruistocht onderneemt tegen de enorme corruptie binnen het justitieel apparaat in de "Windy City", beweerde verder dat De Bank het goud in de omgeving van Zürich had opgeslagen en daarmee onder andere in de VS een aantal bankbedrijven had opgekocht. Verder zou de ABN/AMRO in samenwerking met bijvoorbeeld de Bank of England het voorraadje edelmetaal hebben gebruikt voor manipulaties van de goudprijs om een stel grote handelaren onder wie de ook al niet als erg deftig bekend staande George Soros de nek om te draaien. Voornaamste bron voor dit verhaal was de met vele enigma's omgeven voormalige advocaat Jim Vassilos, die deze informatie al in 1997 naar buiten had willen brengen in het televisieprogramma van Skolnick. Iets wat door voortijdig ingrijpen van justitie in Chicago werd voorkomen. Vassilos zegt dit verhaal te hebben gehoord van zijn ex-zwager Theo Bark, in het Jeltsin-tijdperk ettelijke jaren het baasje van ABN/AMRO in Oost-Europa voor hij via Canada naar het Verre Oosten verhuisde... In een eerder door ons geschreven artikel (3) werd verband gelegd tussen de kaping van de tweeduizend ton goud en de activiteiten van de in Zwitserland gevestigde Mississippi-groep van de Nederlander Dirk de Groot, één van de hoofdfiguren van dat schandaal. Hoe apocrief de bijdrage van het duo Skolnick/Vassilos ook mag lijken, alleen al gezien de duistere praktijken van zowel de ABN/AMRO als Mississippi bij het witwassen van enorme hoeveelheden avontuurlijk verworven geld, zou ook dit verhaal gewoon waar kunnen zijn. Mogelijk werpt het nog steeds voortdurende onderzoek van het Nederlandse Openbaar Ministerie naar de in het verleden ontplooide minder welvoeglijke activiteiten van een stel beursgoeroes binnenkort ook wat meer licht op deze affaire.

noten:
1. Op internet is hierover een uitgebreider artikel te vinden op www.stelling.nl/morgenster/overzee.htm
2. Zie ook het artikel over "De Bank" in Kleintje Muurkrant nummer 335
3. Zie "De achterzijde van het beursschandaal" in Kleintje Muurkrant nummer 317

Dit artikel is verschenen in Kleintje Muurkrant nr 350, 17 november 2000

Klik hier om uw reactie toe te voegen
17 november 2000