Cash in huis

Het is merkwaardig, de dualiteit in het bewind van de 'boven ons gestelden' te Den Haag: aan de ene kant dwingen ze ons in feite digitaal te betalen (in veel winkels is betalen met papiergeld & munten niet meer mogelijk) en in het openbaar vervoer hoor je constant de aansporing 'check in en uit met je betaalpas' om ons gedrag verder 'op één kaart' te controleren, maar aan de andere kant starten ze een publiekscampagne om 'contant geld' (70 e per volwassene; 30 e per kind) in huis te halen 'voor als de Rus ons hackt'.
Het idee (hun idee) is dat je dan een paar dagen vooruitkan in de buurtwinkel om de hoek voor de noodzakelijke behoeften.
Nu hebben we natuurlijk allemaal de voorgeschreven blikken, flessen water en scheepsbeschuit aangeschaft, maar is het inderdaad verstandig om die te bewaren voor als de bom echt valt en we tot het sein 'veilig' in de kelder of onder de trap schuilen.
Zolang de oorlogvoering electronisch/digitaal blijft, moet het mogelijk zijn aardappels te rooien en groente van het land te halen.
Na de 'fall out' wordt dat natuurlijk een ander verhaal, maar zolang er alleen PFAS in de eieren zit en ze nog niet radioactief zijn, zou ik ze gewoon eten.
Gezond zijn en blijven is in vredestijd al zo ingewikkeld (nu weer de paprika's), na een kernoorlog is het in zoverre makkelijker dat gewoon alles radioactief is.
Niet alleen voedsel en drinkwater, maar ook mensen en dieren.
We gaan letterlijk lichtgeven!
Als je zoals ik best wel wat hebt meegemaakt in je leven en de beelden van verbrande mensen weliswaar alleen van de foto's uit Hiroshima/Nagasaki kent, is de volstrekte argeloosheid hier te lande over wat ons te wachten staat als de oorlogsplannen van onze leiding werkelijkheid worden in 2029, een raadsel.
In mei '40, aan de vooravond van de Duitse inval, stelde premier Colijn (zijn zoon zou als een 'Kees Huizinga avant la lettre' in 1941 de Nederlandse Oostcompagnie stichten om Nederlandse boeren in Oekraïne te laten boeren) 'Gaat u rustig slapen'.
Nu zeggen ze: 'Bereidt u voor op oorlog'.
Een hele verbetering?

Willy Klinkenberg