Fraude en corruptie (004)
zondag 5 maart-2006
David Mills wordt in Milaan beschuldigd van: betrokkenheid bij witwassen van geld, belastingontduiking, omkoping en het achterhouden van bewijs. David weet van de hoed en de rand. Sinds de jaren tachtig is hij direct betrokken bij het uitbouwen van Berlusconis kluwen van bedrijven. Mills zorgde ervoor dat de start van de media-poot van Berlusconi (Reteitalia) juridisch werd afgedekt, onderandere via een Engelse tak en verzorgde in 1985 iets soortgelijks voor de reclame-poot Pubitalia.
Berlusconis moedermaatschappij was Fininvest. Dat bedrijf was gesplitst in de sectie A en de sectie B. Sectie B werd buiten de boeken van Fininvest gehouden, en gelden werden gesluisd via de Bahamas, Jersey, Luxemburg & Zwitserland. In totaal betrof het 64 offshore bedrijven die onder de B poot vielen en waarvoor Mills de zaken regelde, allemaal volgens Mills geheel legaal. Eén van de onderzoeken tegen Berlusconi had betrekking op het omkopen van belastinginspecteurs en van de toenmalige Italiaanse eerste minister Bertino Craxi. In dit laatste geval ging het om enorme bedragen in lires, via bedrijven in de Bahamas, Maagden Eilanden en de Kanaaleilanden. Craxi vluchtte naar Tunesië en stierf daar.
Volgens de aanklagers in Milaan heeft Pubitalia ook tientallen miljoenen Engelse ponden aan mafia geld witgewassen. Marcello dell Útri, de rechterhand ("braccio destra") van Berlusconi werd door hem benoemd in het bestuur van Pubitalia International, daarnaast was Marcello de schakel met de mafia. Hiervoor werd hij in Palermo veroordeeld.
Mills kreeg het moeilijk toen de Engelse belastingdienst zijn boeken ging doorzoeken, waarbij ze zouden stuiten op betalingen van bijna twee miljoen pond door de bedrijven van meneer B. Mills ging praten met zijn accountant, die op zijn beurt de National Criminal Intelligence Service inlichtte. Toen Mills werd verhoord door onderzoekers uit Milaan biechtte hij op dat hij gedurende de eerdere zaken had geprobeerd om Berlusconi te beschermen, en dat een betaling van 350.000 pond gezien moest worden als een bedankje hiervoor. Mills trok zijn verklaring later in.