Skip to main content
  • Archivaris
  • 432

zweren op moeders graf

Het was vrijdag. De glazenwasser kwam al vroeg. Sinds kort ben ik ook lid van de glazenwasser. Zodra zijn hoofd met een zwart Harry Jekkers-mutsje boven de ladder en mijn vensterbank uitkwam, liep ik naar het raam. Hij bracht net zijn eerste sponzing aan.
Door het enkele glas vroeg ik of hij mijn derde raam (enigszins om de hoek van het pand gelegen - ik woon in een knik) niet wilde vergeten. Dat was de eerste twee keer gebeurd. Beide keren was ik niet thuis en vond 's avonds een briefje in de bus: tijdens uw afwezigheid zijn de ramen gezeemd, mvrgr, de glazenwasser. Genietend van het schone uitzicht had ik langs de ramen gelopen, tot ik de oude aangekoekte regenspetters zag. De achterstallige betaling had ik klaarliggen. Natuurlijk 2/3 van zijn reguliere tarief. Als je bij de bakker drie broden bestelt en je krijgt er twee mee, betaal je er twee. Zo redeneerde ik toen nog. Na die tweede keer had ik gebeld naar het telefoonnummer op het briefje, dat er een raam vergeten was. Het komt wel vaker voor (bij schilders of verhuizers bijvoorbeeld) dat ze niet snappen hoe zo'n hoekhuis precies ligt. Ik dacht ik meld het maar even.
Meteen trok Jekkers van leer en we raakten in een waanzinnige welles-nietes discussie: "Ik zweert op het graf van me moeder tot ik dat derde raam WEL gedaan heb." Bij elk woord stootte hij een vrieskou-wolkje uit zijn mond. Op slofjes en in pjama met een oud huisvest erover stond ik aan de andere zijde van het raam. Tussen onze gezichten droop het schuim in brede tranen naar beneden.
Deze discussie werd op 'hoog niveau' gevoerd. Beneden in de straat bleven sommige voorbijgangers even staan om dit matineuze toneelstukje te beschouwen. Ze hoorden alleen zijn kant van het verhaal. Ik riep hem toe dat ook ik nooit zou liegen over zoiets. Waarop hij in herhaling viel en ernaartoe begon te werken dat hij helemaal niet meer zou komen! Dat wilde ik natuurlijk ook weer niet!
Op mijn beurt riep ik weer dat we het dan maar via zijn baas moesten uitvechten omdat deze ja/nee toestand geen uitweg bood. (Uiteraard sprak ik in eenvoudiger taal tegen deze arbeider). Dat wilde hij natuurlijk ook weer niet. Om van het geschreeuw af te zijn riep ik of hij zo even wilde aanbellen alstie klaar was. Met bonkend hart zon ik op een tactiek. Onderwijl kletterde hij de ladder tegen raam 2: de logeerkamer. Ik meende in zijn afzemen meer druk op het glas te horen dan bij raam 1. Ik stelde me verdekt op bij raam 3: de slaapkamer. En ja hoor, rang klang!
Toen ik zijn brede armen met sierlijke, bijna dansbewegingen het schuim over het raam zag verdelen, overwoog ik even om te zwichten en hem drie keer zijn totaaltarief te geven. Maar dat zou te dol zijn. Ik dacht aan alle verhalen over glazenwassersoorlogen: het kan een agressief en wraaklustig volkje zijn. Tact was geboden.
In het galmende portiek deden we onze discussie nog eens dunnetjes over. De exterieurverzorger legde me uit dat hij al 17 jaar deze straat doet, dus van 'hafer tot gort' weet hoe de portieken in elkaar zitten. Ja, zeg dat dan eerder! Een ander interessant weetje, waar ik anders nooit achtergekomen zou zijn, was dat deze beroepsgroep rekent in 'stijgingen'.
Hij wilde nu afspreken alleen de ramen te wassen als ik thuis was! Zodat ik ze kon nakijken! Deze overdreven en wat cynisch aandoende onderdanigheid was natuurlijk niet nodig. Ik merkte dat in zijn houding de dreiging van 'nooit meer komen' was geweken en probeerde in mijn smoezelige vest charmant te lachen en zei: 'Nee joh! Laten we het gewoon doen zoals je eerst deed! En je doet een briefje in de bus als ik er niet ben! En dan komt alles goed! Ik zie nu toch wat je gedaan hebt! Ik dacht alleen dat je het misschien niet wist! Omdat verhuizers en schilders wel eens moeite te hebben met de indeling van dit portiek! Maar nu is alles in orde! Toch! Hier, dit is voor de vorige keren en voor vandaag en dan nog dit voor jou voor de kerstdagen!' Bij elkaar opgeteld was het toevallig het bedrag voor negen stijgingen. Hier had hij niet van terug.
Opgelucht slofte ik naar boven. Naar het gewraakte raam 3. Wat?! Allemaal 'regenspetters'! In het licht van de laagstaande zon zag ik nu dat ze aan de binnenkant van het raam zitten, ACHTER het voorzetraam! (het slaapkamerraam is door vorige bewoners tot 'dubbel glas' gedoehetzelfd). Dus daar kon die door mij zo onheus bejegende glazenwasser helemaal niks aan doen! In de straat zag ik hem zijn busje verplaatsen en moest de neiging onderdrukken naar hem toe te rennen om te zeggen dat hij gelijk had! Maar ... dat kan altijd een volgende keer nog. Blijkt dat het zweren op zijn moeders graf voor een glazenwasser zeker geen loze kreet is.

(Dé Hogeweg op www.konfrontatie.nl en op highwayunlimited.web-log.nl)

Dit bericht is verschenen in Kleintje Muurkrant nr 432, 4 juli 2008