Skip to main content
  • Archivaris
  • 314

Deel 1: Een spook waart door Europa

1848 Communistisch Manifest 1998

In februari 1848 verscheen de eerste druk van het Communistisch Manifest, een brochure van 24 pagina's, geschreven door Karl Marx en Friedrich Engels. De brochure verscheen anoniem, in opdracht van de Bond van Communisten, in Londen. Honderdvijftig jaar na dato kunnen we een inventarisatie maken over de invloed die het Manifest had en heeft, welke historische betekenis eraan gehecht kan worden en wat de actualiteit van het Manifest is. Bij verschijning zullen Marx en Engels waarschijnlijk geen idee hebben gehad, misschien wel de hoop, dat ooit de helft van de wereldbevolking in de ban van het Manifest zou zijn als onderdanen van die politieke systemen die zich op hun tekst baseerden, al dan niet in reformistische vorm.

Het Communistisch Manifest van 1848 opent met de verklaring dat een spook door Europa waart, het spook van het communisme. Vandaag de dag wordt beweerd dat het communisme dood zou zijn, dat de grote ideologieën hun tijd gehad hebben, en dat de mensheid 'het einde der geschiedenis' bereikt heeft. Vooral uit de Verenigde Staten komen deze zienswijzen tot ons. De westerse wereld viert nog steeds de recente vernietiging van de Sovjet-Unie, hen gepresenteerd als resultaat van het stalinisme. Maar wanneer het dunne laagje vreugde over het einde van de Sovjet-Unie wordt weggekrabd, wanneer de neoliberale ideologie van het westen tegen het licht gehouden wordt, en beoordeeld op inhoud en daden, dan zien we dat de westerse leiders nog altijd bevreesd zijn voor een herhaling van de oktoberrevolutie van 1917 door hetzelfde spook van 1848. Want de grootste bevestiging van het Manifest was de Russische oktoberrevolutie van 1917, een revolutie die in haar vaandel de slotwoorden van het Manifest schreef: 'Proletariërs aller landen verenigt u!'.

neoliberaal
Het communisme, als ideologie het hoogste stadium van het socialisme, is niet dood. Men hoeft slechts naar de ziektebeelden van het huidige kapitalisme te kijken door de bril van het Communistisch Manifest om te constateren met welke vooruitziende blik Marx en Engels de ontwikkelingen van het kapitalisme voorzien hebben en waarmee zij een programmatisch fundament leverden voor de strijd tegen datzelfde kapitalisme. Sinds het zogenaamde 'einde van het communisme' is er in delen van de Verenigde Staten een McCarthy-achtige heksenjacht op radicaal links ontstaan en staat radicaal links in Europa nog dagelijks bloot aan de repressieve methoden van het heersende systeem. Het zijn voorbeelden die karakteristiek zijn voor de huidige periode in de geschiedenis. Sinds de ineenstorting van de Sovjet-Unie heeft de overgebleven 'neoliberale' ideologie slechts overal amok gemaakt met het gevoel dat niets of niemand hen kan dwarsbomen en dat de adepten van deze ideologie de ware heersers over de hele planeet en zelfs ver daarbuiten zijn. In een periode van geïntensiveerde rivaliteit en concurrentie tussen de diverse neoliberale blokken in de wereld is de mate van uitbuiting van mensen en grondstoffen in Europa, Noord-Amerika, Azië en Latijns-Amerika verder opgevoerd. Dit heeft geleid tot toenemende verarming van grote delen van de bevolking, terwijl een kleine groep een enorme rijkdom weet te vergaren. Bovendien zijn de ecologische problemen van de verdere neoliberale expansiedrift en rivaliteit vrijwel niet meer te overzien.
Hand in hand met toenemende sociale spanningen zien we een andere uitwas van het moderne neoliberalisme: een enorme uitbreiding van de staatsrepressie. De zogenaamde snelle interventiemachten en mobiele brigades die overal ter wereld worden gecreëerd zullen uiteindelijk tegen de eigen bevolkingen worden ingezet wanneer de sociale spanningen vragen om een hard overheidsingrijpen. Steeds meer wordt naar de praktijk van het opvoeren van racistische en chauvinistische ideeën gegrepen om een verdeel-en-heerspolitiek te kunnen handhaven ten koste van de intermenselijke verhoudingen. Ook de opkomst van extreemrechtse, danwel fascistische groeperingen, duidt op de inzet van de laatste verdedigingslinie van het kapitalisme. Het ware motto van het huidige neoliberalisme is dan ook niet 'het communisme is dood', maar 'nooit meer oktober 1917'.

amusant
Het Communistisch Manifest is een van de eerste rijpere werken van het zich ontwikkelende marxisme en het oprichtingsdocument van de communistische beweging. Het werd in november 1847 door de Communistenbond, een kleine internationale organisatie van communisten, noodzakelijk geacht tot een dergelijk document te komen als verklaring van haar uitgangspunten. Het ontstaan van het Communistisch Manifest is in 1885 beschreven door Friedrich Engels, de vriend voor het leven en wapenbroeder van Karl Marx. De Russische communist David Ryazanov, stichter van het Moskouse Marx-Engels Instituut, geeft in zijn in 1927 verschenen boek 'Karl Marx en Friedrich Engels', een amusante samenvatting van de beschrijving van Engels: "Engels' verhaal kan als volgt worden samengevat: Eens leefden er Marx en Engels, twee Duitse filosofen en politici die gedwongen werden hun land te verlaten. Zij woonden in Frankrijk en zij woonden in België. Zij schreven geleerde boeken die eerst de aandacht van de intelligentsia trokken en toen in handen van de arbeiders vielen. Op een goede ochtend wendden de arbeiders zich tot deze twee geleerden die in afzondering zaten en waren afgesneden van de mogelijkheden tot praktische activiteiten en, zoals gebruikelijk was voor de bewakers van het wetenschappelijk erfgoed, in volle trots zaten te wachten op de komst van de arbeiders. En de dag brak aan dat de arbeiders kwamen en Marx en Engels uitnodigden deel te nemen aan hun Bond. Maar Marx en Engels verklaarden dat zij alleen tot de Bond zouden toetreden onder de voorwaarde dat de Bond hun programma zou aanvaarden. De arbeiders gingen akkoord, zij vormden de Bond van Communisten en gaven onmiddellijk aan Marx en Engels de opdracht om het Communistisch Manifest voor te bereiden."
Wat Ryazanov inbrengt tegen het verhaal van Engels is dat het voorbijgaat aan de door Marx ondernomen pogingen om op een organisatorische wijze te komen tot het winnen van het proletariaat voor de zienswijzen van Marx en Engels. Behalve wetenschappers waren Marx en Engels ook actieve revolutionairen die al vroeg banden hadden met de voorloper van de Communistenbond, de Bond van Rechtvaardigen. Engels had ook contacten onderhouden met de militante arbeiders die zich verenigden in de Chartistische beweging in Groot-Brittannië, waarvoor hij baanbrekend werk verrichtte ten aanzien van onderzoek naar de levensvoorwaarden van het proletariaat onder het moderne kapitalisme.
Vooral toen hun ideeën rond 1845-46 hechter begonnen te worden, wendden Marx en Engels zich tot klassebewuste arbeiders met het doel te komen tot een organisatievorm rond hun ideeën, een organisatie die vanaf het begin zou moeten bouwen aan een internationaal verband. In die periode bestond er een strikte scheiding tussen communisme en socialisme. Socialisme werd beschouwd als een burgerlijke doctrine die zich uitte in verschillende experimentele, utopische en hervormende systemen binnen de burgerlijke of kleinburgerlijke ideologieën. De communisten daarentegen kwamen er duidelijk voor uit dat zij zich beschouwden als degenen die uitwaren op een revolutionaire omverwerping van de bestaande orde en voor de vestiging van een maatschappij van gelijkheid. Het communisme van die periode vindt haar oorsprong in een linkse afsplitsing van het Franse Jacobinisme, geïnitieerd door Babeuf en Buonarroti.
De Bond van Rechtvaardigen bestond uit arbeiders, voornamelijk het land uitgezette Duitse handwerkslieden, die woonden in Londen, Brussel, Parijs en enkele uithoeken van het Duitse Rijk. Dit waren geen moderne proletariërs die werkten in de eentonige gemechaniseerde fabriekshallen. Maar niettemin stonden zij open voor de ideeën van Marx en Engels over het karakter van de moderne kapitalistische maatschappij. De Bond van Rechtvaardigen droeg in haar vaandel de leuze 'Alle Mensen Zijn Broeders'. Toen zij overging naar de standpunten van Marx en zich omvormde tot Communistenbond adopteerde zij de oproep uit het Communistisch Manifest: "Proletariërs aller landen verenigt u!'.

beginselprogram
Toen in 1847 de opdracht werd gegeven om een beginselprogram te schrijven was de algemene verwachting dat in Europa spoedig revoluties zouden uitbreken. Toch nam Marx, zoals kennelijk zijn gewoonte was, in tegenstelling tot de spoedig verwachte omwenteling in Europa, ruim de tijd om het document te schrijven. In die periode woonde hij in ballingschap in Brussel, terwijl de leiding van de Communistenbond kantoor hield in Londen. Eind januari 1848 stuurde men vanuit Londen een wrevelige en ongeduldige brief naar Marx: "Het Centraal Comité schrijft hierbij aan het districtscomité in Brussel voor de burger Marx te verwittigen van het feit dat, indien het Manifest van de Communistische Partij, dat hij op het laatste Congres beloofde samen te stellen, niet voor dinsdag 1 februari Londen bereikt, verdere maatregelen tegen hem ondernomen zullen worden. In het geval de burger Marx het Communistisch Manifest niet schrijft, gelast het Centraal Comité de onmiddellijke teruggave van de documenten die hem door het congres gegeven werden."
De brief en het Manifest hebben elkaar in het postverkeer gekruist en het laatste kwam precies op de tijd van het uitbreken van de verwachte revolutie aan. Die ontstond in Zwitserland en verspreidde zich snel naar Italië en Parijs, en van daar naar het Rijnland en Oostenrijk en Hongarije.

Bas van der Plas

Dit artikel is verschenen in Kleintje Muurkrant nr 314, 24 oktober 1997