Skip to main content
  • Archivaris
  • 306

Reactie op Willem Oltmans "over haagse bedriegers"

Willem Oltmans heeft in zijn laatste schandaalschrift "Over Haagse Bedriegers" (zie Kleintje Muurkrant nummer 303) weer een woeste aanval geopend op een schare van foute lieden die bij de regeringspaleizen samenscholen. Bij zijn laatste schriftelijke charge deelt hij ook klappen uit waardoor onschuldigen worden getroffen: Papoea's. Oltmans schrijft dat er in Nieuw Guinea een oorlog dreigde tussen Nederland en Indonesië met als inzet "de koppensnellers van Papoealand".
Net zoals het in deze affaire geen pas geeft om Willem Oltmans te omschrijven als "elitaire homofiel", is het onbehoorlijk om over de bewoners van West-Papoea te spreken als "de koppensnellers van Papoealand". Bovendien is de stelling dat het lot van de Papoea's de inzet van het conflict zou zijn geweest fout.

Het conflict tussen Nederland en Indonesië over het land van de Papoea's is nog altijd omgeven met veel raadsels. Toen Indonesië onafhankelijk werd was afgesproken dat Nieuw Guinea na tien jaar ook bij Indonesië zou komen. Toen het zover was, wilde Nederland het gebied toch houden. Dat was het conflict. Hoofdrolspelers waren de minister voor Buitenlandse Zaken Joseph Luns, de Amerikaanse president Kennedy en Sukarno, die als president van Indonesië in Nederland werd gehaat.

Willem Oltmans heeft een actieve rol gespeeld in de Nieuw Guinea-kwestie. Nu is hij nog steeds bezig met het ontrafelen van het verwarde beleid dat toen door de Nederlandse regering is gevoerd. Hij doet dat om voor zijn eigen belangen op te komen, maar ook voor "de waarheid". Dat is natuurlijk te verwachten van een journalist. Maar Oltmans was niet alleen als journalist bij de zaak betrokken. Hij heeft ook gewerkt als geheim agent voor de Bilderberg-groep; een groep groot-kapitalisten onder leiding van nazi-prins Bernhard. Dat is geen onthulling. Oltmans heeft zijn relatie met de Bilderberggroep vaak beschreven, hoewel hij zelf liever spreekt over de "groep Rijkens". Bilderberg en Oltmans, steunden Sukarno's politiek om Nieuw Guinea bij Indonesië te voegen, om een oorlog te voorkomen en omdat zij bang waren dat die oorlog hun handelsbelangen zou schaden. De Bilderberg-kapitalisten wilden vrij en ongestoord handel kunnen drijven in en met Indonesië. Luns cs volgden een tegengestelde politiek, zij wilden Nieuw Guinea houden omdat zij Sukarno nu eenmaal niets gunden. Het argument dat Luns daarbij onder andere gebruikte, was dat Papoea's zich helemaal niet wilden aansluiten bij Indonesië. Dat was ook zo en dat is nog steeds zo. Maar die stellingname van Papoea's kan door Oltmans niet zomaar opzijgeschoven worden omdat zij misbruikt is door Luns cs. Ook Oltmans moet zo langzamerhand gaan begrijpen dat de mening van Papoea's gerespecteerd dient te worden.

Begin jaren zestig was er een vreemd tafereel ontstaan: nazi-prins Bernhard en zijn Bilderberg-vrienden, Amerikaanse Democraten en Nederlandse en Indonesische communisten, zij stonden allemaal achter de overdracht van Nederlands Nieuw Guinea aan Indonesië. Tegenstanders van de overdracht waren (ex-)koloniale Sukarno-haters onder leiding van Luns, en Papoea's zelf. Het feit dat in dit drama Luns en de Papoea's tijdelijk aan dezelfde kant stonden, wil nog niet zeggen datzij beiden hetzelfde nastreefden! Er waren namelijk nog twee andere zaken in het spel dan alleen de toekomst van "de koppensnellers van Papoealand": GOUD en OLIE. Dat Oltmans dat durft te verzwijgen terwijl hij voor "de waarheid" zegt op te komen is vreemd... Sinds 1936 was in besloten kring bekend dat de bergen van Nieuw Guinea een onvoorstelbare hoeveelheid goud bevatten, en dat er bovendien zeer veel zeer goede aardolie in de grond zit. Met de rijkdommen van Nieuw Guinea zou het Indonesië van Sukarno letterlijk gouden tijden tegemoet gaan. Begrijpelijk dus dat Luns zoiets niet gunde aan Sukarno.

Toen het de Sukarno-haters, onder leiding van de sinistere Luns, duidelijk werd dat overdracht van het zo onvoorstelbaar rijke Nieuw Guinea onvermijdelijk was, lag er voor hen nog een mogelijkheid open: zorgen dat Indonesië verandert, Sukarno kwijtraken. Dat kan verklaren waarom Luns cs Nieuw Guinea uiteindelijk wel hebben overgedragen, zonder zich daarbij nog een seconde te bekommmeren over het lot van de "koppensnellers". Het ging Luns cs niet om het lot van de bewoners van Papoea-land, het ging om de grondstoffen.

Hoe is Sukarno's regering omvergeworpen? Voor een deel is dat nog steeds een mysterie. Duidelijk is wel dat er grondige voorbereidingen zijn getroffen. Een staatsgreep vereist uiteraard nogal wat voorbereiding. In 1962 trok Nederland zich uit Nieuw Guinea terug, in 1965 volgde de staatsgreep tegen Sukarno. Jarenlange voorbereiding voor een staatsgreep is niet zo vreemd. Het spel rond Nieuw Guinea kan heel goed in die voorbereiding hebben gepast. Welke machten hebben Sukarno ten val gebracht? Je kan er veilig vanuit gaan dat degenen die er het meest van hebben geprofiteerd er ook het meest in hebben
geïnvesteerd: na de staatsgreep door Suharto waren dat landen als de USA, Duitsland, Japan, de UK en ons eigen land. In Indonesië zelf hebben vooral groot-grondbezitters geprofiteerd, en christenen hebben razendsnel promotie gemaakt. De eerste regeringen van Suharto zaten vol met christelijke ministers.

Wat betreft de betrokkenheid van de USA is er een grote hoeveelheid materiaal boven tafel gekomen. De Amerikaanse betrokkenheid bij de staatsgreep is wetenschappelijk bewezen. Amerikaanse onderzoekers hebben hun werk wel gedaan en doen het nog steeds want er zijn aanwijzingen dat ook de raadselachtige moord op president Kennedy te maken heeft met het goud en de olie van de Papoea's. Over de Nederlandse betrokkenheid bij de staatsgreep is nooit veel geschreven. Dat is heel vreemd en onheilspellend.
Zelfs de Nederlandse Wim Wertheim, internationaal geroemd om zijn analyse van de staatsgreep, heeft voor zover ik weet praktisch niets over Nederlandse betrokkenheid gepubliceerd. Toch is het zeer onaannemelijk dat Nederland niets met de staatsgreep van Suharto te maken heeft gehad omdat:
1) Nederland Indonesië eeuwenlang heeft beheerst door middel van een verfijnd netwerk van inlichtingendiensten, die onder andere waren verweven met de opiumhandel (die stond onder regie van de Staat (1)) en geloofsgenootschappen. Aan de opiumhandel is door de Japanners een einde gemaakt, maar Sukarno heeft christenen en theosofen ongemoeid gelaten. Nederlandse inlichtingendiensten hadden dus nog steeds dekennis en de contacten, vooral in deze groepen.
2) Suharto zelf is een ex-KNIL sergeant. Wat dat betreft is hij te vergelijken met Bouterse, de Surinaamse staatsgreper. Bouterse is ook sergeant geweest in het Nederlandse leger en van hem is het bekend dat hij bij zijn coup advies heeft gekregen van de Nederlandse militaire missie in Parimaribo en dat er korte tijd voor de coup een lading pistolen door het Nederlandse leger naar Suriname is verscheept. (Vreemd genoeg heeft Oltmans het altijd opgenomen voor Bouterse.)
3) Na Suharto's staatsgreep werd Nederland voorzitter van de IGGI (Inter Gouvernementele Groep inzake Indonesië) een club van sponsors van de Suharto-dictatuur waarin verder oa. de USA, Japan, Duitsland, de UK, Frankrijk, het IMF en de Wereldbank waren verenigd.4) Van Nederlandse zijde is eerder gepoogd om Sukarno's Republiek te vernielen toen Raymond Westerling in 1950 zijn staatsgreep pleegde. Ook een moordaanslag op Sukarno werd aan Nederlandse zijde toegeschreven.
5) De merkwaardige Nieuw Guinea-politiek van Nederland heeft condities geschapen waarin een internationaal gesteunde staatsgreep mogelijk werd. Luns cs dreven de zaak op de spits. Midden in de koude oorlog werd Indonesië daardoor de frontlijn tussen "Oost" en "West". Het hele westerse kamp kon worden gemobiliseerd tegen Sukarno toen die uiteindelijk het communistische blok ingedreven was. De coördinatie van de anticommunistische strijd in Indonesië kan heel goed zijn gevoerd door de nazi-prins Bernhard als voorzitter van de Bilderberg-groep. Bernhard had al in 1945 een stafmedewerker met verstand van staatsgrepen: Raymond Westerling.

Niet alleen het vasthouden maar ook de overdracht van Nieuw Guinea heeft gevolgen gehad die rechtstreeks verband hielden met de latere staatsgreep: het Indonesische leger dat door het Nederlandse bezig was gehouden, kreeg de handen vrij om zich tegen de Indonesische Staat te richten. De bevelhebber voor de verovering van Nieuw Guinea was ene Suharto. Deze ex-KNIL-sergeant kon dus terugkeren naar Java om zich met zijn kameraden te wijden aan de aanstaande coup. Een ander gevolgvan de overdracht was dat Nederland weer toegang kreeg tot Indonesië zodat door Nederland een militair gezantschap in Jakarta kon worden geopend. Dat soort militaire kantoortjes handelen weliswaar in het geheim, maar wat ze doen laat zich raden. (Zie Suriname.)

Wat is er wel geschreven over de betrokkenheid van Nederlandse zijde bij de staatsgreep van Suharto? Het enige wat ik heb gevonden is:
1) Vraaggesprek in Trouw (7-8-70) met Verkuijl, een professor in de theologie, een fel anti-communist, anti-Sukarno en pro-Suharto met zeer veel contacten onder Indonesische christenen. De eerste vraag luidde: "Volgens Prof. Wertheim heeft u contact gehad met een missie die in Nederland goodwill kwam kweken voor een coup van generaals die naast Sukarno wilden gaan regeren. Wie zijn bij u geweest, wanneer was dat en wat is er besproken?" Verkuijls antwoord is dat er geen officieel gesprek is geweest en dat hij over onofficiële contacten niets kan zeggen, omdat er dan doden gaan vallen.(2) Wertheim wordt niet graag aan deze zaak herinnerd. Waarom is onduidelijk, maar hij blijft wel bij zijn bewering.
Verkuijl is in dit verband echt een interessante figuur vanwege zijn vele netwerken in Indonesië; omdat hij vlak na de staatsgreep -in februari 1967- Indonesië bezocht; voorzitter werd van de Indonesië-commissie van de Nederlandse Raad van Kerken; en ook omdat hij vlak na de moord op Kennedy een toer door de USA maakte.
2) Een roman getiteld "Het stenen tijdperk" geschreven door Aad van den Heuvel. Deze schrijver houdt vol dat zijn beschrijving van de Nederlandse pater Iosephus Beek als "het brein achter de hele ommekeer" natuurgetrouw is. (Beek heet in de roman Sloot) Van den Heuvel heeft als TV-verslaggever gewerkt tijdens de Indonesische verwikkelingen.3) Willem Oltmans' geschriften. In het boek "Den Vaderland getrouwe" heeft Oltmans zelfs een complete blauwdruk voor de staatsgreep afgedrukt, de Nederlandse vertaling van een CIA- document. Het merkwaardige is dat collega's van Oltmans, die ook de staatsgreep onderzoeken, de naam Oltmans en dit document niet noemen. Beschouwen zij het als dwaalspoor of is Oltmans een volslagen outsider? Dat laatste is onwaarschijnlijk, want hij kent bijvoorbeeld Wertheim goed genoeg.
Een sleutelrol in het spel van de Nederlandse leeuw met de Indonesische muis was voor de USA weggelegd. De USA is altijd doorslaggevend geweest in de Nederlands - Indonesische verhoudingen. Indonesië is onafhankelijkheid geworden omdat de USA dat wilde en de overdracht van Nieuw Guinea gebeurde uiteindelijk ook na Amerikaanse druk op Nederland.

Om Sukarno kwijt te raken was het nodig om de spanning op de spits te drijven. In tijden van spanning bundelt men de krachten. Spanningen waren al genoeg. Sukarno zelf voerde ook de zg. Konfrontasi-politiek ten opzicht van Maleisië. In de strijd zocht Sukarno hulp en vond die bij de USSR, communistisch China en de PKI, Partai Kommunis Indonesië. Toch was Sukarno een groot voorstander van een ongebonden politiek. Hij is niet voor niets de geschiedenis ingegaan als een van de oprichters van de Beweging van Ongebonden landen. De USA zag met lede ogen aan hoe Indonesië afgleed naar het communistische blok en probeerde dat te voorkomen. President Kennedy voerde een ontspanningspolitiek. Kennedy voerde de druk op Nederland om Nieuw Guinea over te dragen op en zou op bezoek gaan bij Sukarno om een vriendschapsverdrag te sluiten. Maar vlak voor dat cruciale bezoek werd Kennedy vermoord. Had dat iets met elkaar te maken? Volgens Sukarno zeker wel. Hij vermoedde direct dat de moord was gepleegd om het bezoek aan Indonesië te voorkomen. Inderdaad was na de moord de vrede in Zuidoost-Azië verder weg dan ooit. De oorlog in Vietnam zou nu echt beginnen en de anti-Sukarno-scenario's konden verder worden uitgewerkt. Kennedy's opvolger Johnson piekerde niet over een vriendschappelijk bezoek. De spanning in Indonesië werd tot een kookpunt opgevoerd. In 1965 heerste er grote chaos in Indonesië mede door het gerucht dat er een generaalsraad was gevormd die de macht zou grijpen. Dat gerucht was onder andere de wereld in geholpen door W. Oltmans. Uiteindelijk zijn militairen van Sukarno's garde daardoor geprovoceerd tot het ontvoeren van de belangrijkste generaals behalve Suharto, die daarop de macht kon grijpen. Vervolgens werd er een heksenjacht op Indonesisch links ontketend die een van de grootste massamoorden van deze eeuw zou veroorzaken. Prins Bernhard, die ondertussen zoveel monumenten heeft onthuld ter nagedachtenis van slachtoffers van nazi-terreur dat hij rijp is voor vermelding in het Guiness' book of records, heeft overigens nooit respect betoond voor de slachtoffers van Suharto, integendeel. En zo is het met heel Nederland; voor de afschuwelijke holocaust die zich in Indonesië heeft voltrokken wordt hier meewarig de schouders opgehaald.

Papoea's zijn ook slachtoffer geworden van het moordzuchtigeSuharto-regime. Het GOUD van de Papoea's mag van Suharto uit de grond geroofd worden door een bedrijf met de naam Freeport McMoran. De Papoea's worden als schadelijke beesten van hun grond verjaagd en de bossen en rivieren van de Papoea's worden door het afval van Freeport vergiftigd. Toen de Organisasie Papua Merdeka vorig jaar Nederlandse en Engelse gijzelaars had gemaakt om hun eis voor zelfbeschikking kracht bij te zetten, moest de oude Bernhard nog eens afreizen naar Suharto, vermoedelijk om de diensten van de SAS (een Engelse elite-commando eenheid) aan te bevelen. (3) De officiële verklaring van de Rijksvoorlichtingsdienst voor dit bezoek was dat de Prins slechts op privébezoek ging bij zijn oude vriend en de complete Nederlandse pers slikte dat voor zoete koek, inclusief Oltmans.

In het conflict om het goud in voormalig Nederlands Nieuw Guinea zijn de Sukarno-haters (Luns) en de Bilderberggroep, de winnaars. Sukarno, communisten, Amerikaanse Democraten en Papoea's hebben verloren. Oltmans ook. Maar Oltmans is niet het enige of het voornaamste slachtoffer van de ongelukken die de dekolonisatie van Nieuw Guinea heeft veroorzaakt. Over Oltmans werd de banvloek uitgesproken door een anoniem regeringsapparaat. Het werken werd hem onmogelijk gemaakt. Oltmans vecht nu voor eerherstel en schadevergoeding, zodat hij weer op een witte vleugel van het duurste merk zijn hoogstaande deuntjes kan pingelen. Dat is hem gegund. Er is genoeg; de kluizen van de Nederlandse Bank, in die roofstaat aan de Noordzee, puilen uit van het goud. Maar laat Oltmans zijn bek houden over het koppensnellen van Papoea's! Want anders geeft dat de onaangename indruk dat Willem Oltmans, in plaats van schadevergoeding, gewoon een deel van de buit wil hebben die wordt binnengehaald ten koste van de bevolking van voormalig Nederlands Nieuw-Guinea.

Bij dit artikel ben ik onder invloed geweest van een aantal publicaties, waarvan de belangrijkste zijn: Wim Klinkenbergs boek over Prins Bernhard; Paul Salims artikel "USA vs PKI"; Greg Poulgrain's "Sukarno and the international quest for New Guinea"; en "Den Vaderland getrouwe" van Willem Oltmans; en muziek van Yothu Yindi en Bob Marley.

Noten:
1) Over de opiumhandel is geschreven door Ewald Vanvugt in "Wettig Opium" dat onlangs in verbeterde editie is verschenen. Kost slechts 15,- Een aanrader!
2) De tekst van het vraaggesprek in Trouw staat op http://www.antenna.nl/wvi/nl/ic/pki/nlbet/kuyl.html
3) Voor informatie over de contacten tussen Bernhard en de SAS kan je terecht in De Volkskrant van 24 augustus 1991.

Frank Willems

Dit artikel is verschenen in Kleintje Muurkrant nr 306, februari 1997