Kaarsjes in Szekesfehervar
Balint Homan was een hufter. Een Hongaarse hufter, die voor en tijdens de WOII fanatiek het anti-semitisme beleed. Onder andere als minister van religie en onderwijs. In die hoedanigheid vaardigde hij een hele bups anti-Joodse wetten uit en daarvoor zeilde hij na die zwarte periode de bak in, waar hij in 1951 zijn laatste slechte adem uitblies. In Szekesfehervar, een stadje ten westen van Boedapest, is recentelijk het plan opgevat om Balint postuum alsnog te eren voor zijn werk. En er werd 52.000 dollar gereserveerd om voor hem een standbeeld op te trekken op het rustieke stadsplein. Daar verzamelde zich gisteren een groepje mensen die ernstige bezwaren koesteren tegen dat plan en van de gelegenheid gebruik maakten om Hannukah-kaarsen aan te steken.
Aanwezig waren ondermeer de Israëlische ambassadeur Ilan Mor en de Amerikaanse speciale hotemetoot op het gebied van anti-semitisme, Ira Forman. De laatste verklaarde tegenover de aanwezige msemmers dat de USSA in shock verkeerde over het Hongaarse initiatief. Misschien wat wijds uitgedrukt, maar op zich is het niet verkeerd dat er in Tel Aviv en Washington zo alert gereageerd wordt op dit soort uitwassen. Alleen vraag je je wel af waar deze heren hun kaarsen hebben neergezet toen in buurland Oekraïne neo-nazi's in naam van oorlogsmisdadiger en jodenvervolger Stephan Bandera en dapper zwaaiend met wolfsangelvaandels in 2014 een coup in Kiev pleegden. Notabene geïnitieerd door Fucktoria Nuland, de duistere ster op het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken. Het verschil zal hem wel zitten in het beleid dat de conservatieve Hongaarse premier Orban voert en dat soms in Brussel en Washington als pro-Russisch wordt ervaren. Het pad van een diplomaat gaat niet over rozen zullen we maar zeggen.