Naar de kloten (007)
donderdag 26 november-2009
Tussen december 1939 en december 1941 woonde Allert Brinkman bij zijn moeder in Amsterdam. Maar hij was niet veel thuis. Daarom vermoedde zijn moeder dat ie illegaal werk deed. Vraagje van meneer Donker, de voorzitter van de naoorlogse enquetecommissie naar shit in de Tweede Wereldoorlog:
"Heeft hij nooit met u over de aard van zijn werk gesproken?
Moeder Brinkman: Ja, hij sprak wel eens over spionagewerk.
Donker: Hij heeft nooit gezegd voor wie hij dat deed?
Moeder Brinkman: Ja, dat deed hij voor de Engelsen natuurlijk.
Donker: Zei hij dat erbij?
Moeder Brinkman: Ja".
Na december 1941 nam Allert de benen naar de overkant. Daar kreeg hij een korte sabotage-opleiding bij de Special Operation Executive (SOE) en op 14 juli 1942 keerde hij terug in Nederland om de boel in de hens te steken (1). Maar daar kwam hij niet aan toe. Dankzij het toen al op gang getrokken Englandspiel trokken de moffen hem namelijk al heel snel naar binnen (2). Hij kwam in een petoet in Haaren terecht en werd overgehaald om zijn medegevangenen te bespioneren. Met akelige gevolgen. Maart 1944 kwam Allert weer op vrije voeten en af en toe bij zijn moeder.
"Donker: Toen hij uit zijn gevangenschap is vrijgekomen, is hij ook voor de Duitsers gaan werken. Heeft hij daarover wel eens met u gesproken?
Moeder Brinkman: Ja. Hij zei altijd: wanneer ik voor de Engelsen spionagewerk doe, moet ik natuurlijk ook bij de Duitsers komen. Anders kan ik geen spionagewerk doen.
Als je daar niet komt, weet je ook niets".
Op instigatie van zijn Duitse opdrachtgevers wrikte Allert zich onder kleurrijke schuilnamen als Sally, Ab van Straaten en Ab van Loon binnen in het Haagse verzetsmilieu. En trouwde in september met Lydia Ficq. Ook zij werd na de oorlog door Donker ondervraagd. Die bleek speciale belangstelling te hebben voor de connectie die zou hebben bestaan tussen haar echtgenoot en Seymour Bingham. Een tijdlang topper bij de SOE, die zich tijdens de oorlog her en der live zou hebben gemanifesteerd in Nederland en door velen verantwoordelijk werd gesteld voor de verliezen binnen het verzet als gevolg van het Englandspiel.
"Donker: Hebt u een zekere Bingham gekend?
Lydia: Dat is de enige naam die mijn man ooit genoemd heeft. Hij heeft wel eens een keer gezegd: als je ooit in moeilijkheden komt - het was betrekkelijk kort voor zijn dood - dan moet je de naam Bingham noemen.
Tegen wie moest u de naam van Bingham noemen?
Lydia: Dat heeft hij er niet bij gezegd.
Donker: Heeft hij gezegd wie die Bingham was?
Lydia: Hij heeft gezegd dat hij daarvoor werkte. Ik wist dat hij illegaal werkte. Hij had een groep in Den Haag. Ik ben toen bij de heer Meijerink geweest. Die was commandant van een van de stoottroepen en die kende mijn man van voor 1942. Ik ben bij hem niet veel wijzer geworden.
Donker: Hebt u daar de naam Bingham genoemd?
Lydia: Ja. Ze beweerden dat die naam niet bestond. Maar Meijerink zei: die bestaat wel.
Donker: Heeft de heer Meijerink het nader gedefinieerd door te zeggen: hij woont hier of daar?
Lydia: Daar heb ik het niet over gehad.
Donker: Is in dit verband niet een adres op de Plaats in Den Haag genoemd? Of is dat voor u een onbekend adres?
Lydia: Ja, die is genoemd, maar niet door Meijerink. Dat heeft mijn man eens gezegd. Maar ik geloof niet als woonplaats".
Kijk, kijk. We beginnen de Plaats in zicht te krijgen. De plaats waar meneer Polak de boeken bijhield voor het grote spel zonder grenzen en dubbelagent Reede vanuit zijn Maison de Paris een oogje in het zeil hield. Moeten we u nog aansporen? Nee toch. Stay tuned.
(1) Churchill: "Set Europe ablaze".
(2) Voor meer over dit beruchte "Spiel" verwijzen wij met graagte naar de afdeling Google.