Lubbers en de muzelmannenbom (007)
dinsdag 4 oktober-2005
Als we de gegevens uit de brief van Slobodan Mitric aan premier Lubbers dd. 21 januari 1985 mogen geloven dan zou de kwestie rond het gestolen uranium en - zij het in mindere mate - de geheime onderhandelingen op Cyprus ruim een jaar hebben gespeeld. Vanaf december 1983 tot in ieder geval januari 1985.
Al vrij snel na zijn eerste oekaze aan het adres van Gemene, pardon Algemene Zaken zou Mitric volgens diezelfde gegevens in de Scheveningse petoet bezoek hebben gekregen van een agent van de onder AZ ressorterende Inlichtingendienst Buitenland (IDB). Het ging om Koos Mansveld, die zich bij Mitric introduceerde onder de naam Mansfield (leuk detail voor een boek van Thomas Ross of zo). In de daarop volgende maanden zou agent Mansfield talloze malen zijn gedetineerde informant hebben opgezocht. Eerst in Scheveningen en na 27 maart 1984 in de koepel in Haarlem.
Die bezoeken zouden bij de Montenegrijnse karate-expert de indruk hebben gewekt dat zijn informatie serieus werd genomen door de IDB. Nou kunnen we ons daar iets bij voorstellen, want noch in Scheveningen noch in Haarlem zou je ooit je koperen bruiloft willen vieren. Vraag is of bovenstaande schets van de gebeurtenissen een product was van de levendige fantasie van een gekooide ex-agent van Tito of de onverbloemde realiteit. Het laatste.
Dat kunnen we opmaken uit een verslag van een personeelslid van de Haarlemse nor, dat hij schreef toen Mitric eind juli 1984 naar Leeuwarden werd overgeplaatst. In dat verslag dat bestemd was voor zijn collegas in de Friese hoofdstad schreef hij o.m. het volgende:
Tijdens zijn verblijf hier mocht betrokkene zich ook weer in de belangstelling van de buitenlandse inlichtingendienst, ressorterend onder het Ministerie van Algemene Zaken, verheugen. De heer Mansfield, medewerker van die dienst, is hier veelvuldig bij betrokkene langs geweest. E.e.a. is gebeurd in overleg met Dhr. Van Hylkema en Dhr. Van Os, Officier van Justitie in Den Haag.
Zoals het hoort - we varen vroeger wat volgzamer dan nu - hebben we ooit bij de RVD vragen over deze affaire door de bus gekieperd. Toenmalig hoofd van de ook al onder AZ vallende dienst, Hans van der Voet, erkende tot onze enorme verrassing dat een ambtenaar van AZ inderdaad bezoeken aan Mitric had gebracht. Verder wilde hij niet gaan. Van der Voet: Ik kan u alleen maar zeggen dat het waar is.
Zo, dan hoor je het eens van een ander.