Skip to main content

Opgeruid staat netjes (035)

21 november 2020

Hoe het Margrit Schiller verder verging, lieve jongens en meisjes? Degene die me haar boek leende kent haar van een feestje een jaar of wat terug, dus erg slecht gaat het niet met haar. En naar mijn zegsman me vertelde, was de vrouw die als gevangene van de toen nog West-)Duitse staat bijna een heel decennium doorbracht in een isoleercel ook nog lang niet vergeten. Het feestje, in het bekoorlijke universiteitsstadje Göttingen, kreeg een heel nieuwe dimensie toen Schiller er binnen kwam. Gefluister en bewonderende en nieuwsgierige blikken: bij de buren is men de RAF nog niet vergeten.

Maar dat was Göttingen, waar men van oudsher wel eens een boek leest en niet alleen maar zuurkool tot zich neemt. In de Duitse mainstream media kreeg Schiller een andere behandeling. Toen de eerste versie van Es war ein harter Kampf um meine Erinnerung uitkwam, dat is nu twintig jaar geleden, werd uit de ruim tweehonderd pagina’s vol prangende feiten, zegge en schrijve 1 alinea in de pers tot in den treure geciteerd. Daarin beschrijft Schiller hoe ze met Joschka Fischer en een andere man in (West-)Berlijn op stap is geweest en aan het ontbijt zit.

Joschka wie? Zulke mensen, jongens en meisjes, bazuinen hun hele leven rond dat ze altijd verschrikkelijk veel gewicht in de schaal hebben gelegd, altijd vooraan hebben gestaan, zonder uitzondering de laatsten zijn geweest die een zinkend schip hebben verlaten. Dus Margrit trapte die Fischer verschrikkelijk in zijn kruis toen zij beschreef dat en waarom de kerel geen dan een deplorabele indruk op haar heeft gemaakt.

Het is 1971. Schiller beleeft haar enige jaar in vrijheid tussen twee gevangenisperioden. Uiteindelijk zal ze met anderen weer opgepakt worden na een bankroof, maar daarvoor drijft ze door de illegaliteit zoals ze dat ook voor haar eerste arrestatie deed. In juni van dat jaar zijn de leidende figuren in de RAF gevangen genomen, steeds meer van haar kameraden, vrienden en kennissen ondergaan hetzelfde lot. Of worden vermoord. De RAF haalt heel wat overhoop, heeft ook veel krediet onder de Duitse en Europese jongeren, maar de Westduitse politiestaat sluit met de nieuwste opsporings- en martelingsmethoden haar net rond de beweging.

In die sfeer doet Schiller op haar odyssee langs schuiladressen ook West-Berlijn aan en verblijft daar een paar dagen in een kraakpand, bij die Fischer, die andere vent en bij de vriendin van een van beiden. Feitelijk krijgt de lezer nog de meeste informatie over die bijslaap van Fischer of die andere peer. Zij klaagt tegen Schiller over de man of de mannen, daar wil ik nu van af wezen. Als puntje bij paaltje komt is de betreffende alinea een van de deprimerendste uit het hele boek. Alsof er op een kille novemberavond een raam openstaat en je de kaars maar nauwelijks aan kunt houden…

Nou moeten jullie weten dat die Fischer dertig jaar nadien minister van buitenlandse zaken van Duitsland was. Dus die pers die ging tekeer van ‘onze Auslandsminister heeft geheuld met de RAF’, en die Fischer ging natuurlijk aan het uitleggen. Dat Schiller onder een andere naam, dat ze het niet over de RAF hadden gehad, et cetera. Een soort van Wijnand Duyvendak dus, die ooit bij ons in de Tweede Kamer zat, maar in zijn prehistorie in een krantje als Kleintje Muurkrant schreef en in kraakpanden woonde. De hele story over Fischer, Schiller en wat de pers van hun maakte kun je hier lezen.

Tot zover deze wijze les waarin je geleerd zou moeten hebben dat loyaliteit zoals Schiller die haar hele leven heeft betoond aan de mensen die ze kende uit en de beginselen van de RAF ervoor zorgt dat ze op hele leuke feestjes nog altijd meer dan welkom is. Voor jullie valt er ook genoeg te doen: demonstreer mee tegen de zwarte pieten die zonodig nog de straat op moeten, jaag op de pedojagers en fakkel de huisvesting van de Baudet-Jugend af. En o ja: aan het begin van dit drieluik had ik het over Monkey Mike en zijn slimme vriend die de kogel kregen omdat ze een stel tokkies in de dierenbajes van Amersfoort de schrik op het dikke lijf hadden gejaagd. Wat let jullie? Morgen kun je weer niet naar Ajax, dus dan maar gas en knuppels en een flinke staalschaar mee naar Artis… Ja toch?

(JoopFinland)

Klik hier om uw reactie toe te voegen
21 november 2020
Opgeruid staat netjes