Skip to main content

Opgeruid staat netjes (009)

11 april 2019

Een hele goeie spijbelsessie toegewenst aan alle stakingsbereide scholieren, en deze donderdag steken we speciaal jullie vriendjes en viendinnetjes van het Cornelius Haga College in Amsterdam een hart onder de riem.
Ik las een reportage in het NRC over jullie school en moest daarbij meteen denken aan het bezoek dat ik een jaartje terug bracht aan mijn vroegere basisschool.
Jullie kwamen er goed vanaf, in het NRC. Feitelijk voel je als lezer tussen de regels door dat de schrijvers ervan van tevoren iets heel anders verwacht hadden. Ze zijn positief verrast, zeg maar, na alle ketelmuziek die er uit het orgel van inlichtingendienst en stadsbestuur was gekomen. Jullie gaan gescheiden naar de gymles, daar kwam het in het stuk op neer, maar voor de rest zijn jullie doodnormaal.
Ik heb ook nooit gemengd gegymd, ook niet na de basisschool, op havo en atheneum. Is dus louter een kwestie van gebrek aan historisch benul om dat van jullie raar te vinden. Kom ik zo op terug, maar eerst even vertellen waarom ik die basisschool van mij bezocht. Was niet zomaar nostalgie. Mijn protestants-christelijke schooltje is dertig jaar geleden veranderd in een islamitisch schooltje. Heette vroeger naar prins Bernhard, en dat staat nog steeds op de gevel. Lachen!
Eind 2017 stond bij een bezoek aan mijn geboorteplaats de deur van het gebouw gastvrij open en die kans liet ik me niet ontnemen. Want ik was ook nog nooit in een islamitische ruimte geweest. Nee, ook niet tijdens een vakantie. Ik ben niet zo iemand die in zijn zwembroek en op teenslippers effe gaat kijken hoe ‘die moslims’ bidden.
Daar was alles dat ik me van vijftig jaar her herinnerde: trappenhuis, lokalen, de kastruimte waarin mijn bovenmeester zich tussen de lessen in terugtrok. En nog steeds het uitzicht op de middeleeuwse vestingmuur waartegen de school gebouwd is.
In alles nog steeds een school. Met een groepje van jullie leeftijd in een overblijflokaal, dachten dat wij ze kwamen berispen omdat ze net daarvoor vuurwerk op het schoolplein hadden gegooid. Gingen van de opluchting thee voor ons maken, heerlijk.
Alleen de geur van krijt ontbrak. En het portret van Bernhard en Juliana, dat was vervangen door een grote Turkse vlag.
Nu even over die geschiedenis. Die hetze tegen jullie doet me op een of andere manier denken aan de Koude Oorlog. Da’s een periode die jullie alleen maar van horen zeggen hebben, maar ik zat op die basisschool toen ie op zijn hoogtepunt was, die oorlog.
Europa was toen verdeeld, in Oost en West. Of eigenlijk in West en Oost, want in alles kwam het Westen, waar ‘wij’ leefden, op de eerste plaats, en het Oosten, waar ‘zij’ leefden (‘in onvrijheid, armoede en barbarij’, zoals wij op dat schooltje leerden) ver daarachter op de tweede.
Nu viel het met die armoe wel mee, zag ik bij een bezoek aan Berlijn, vroeg in de jaren zeventig. Berlijn was toen ook verdeeld in west en oost, maar ik zag rond ons hotel in west net zoveel armoe als in het oosten van de stad.
Onvrijheid en barbarij, dat zag ik wel degelijk, al was het pas weer een aantal jaren nadien, toen ik door Rusland reisde. Dat noemden ze toen Sovjet Unie en moest een socialistisch land heten. Maar mij viel er vooral op hoe bang de mensen er voor elkaar waren. De Sovjet Unie was een verklikkersmaatschappij. Met ontzettend veel mensen met een of ander uniform aan en een zwaailicht op hun autootje. Niemand sprak er met elkaar. Men vermeed elkaar letterlijk in de straten. Echt waanzinnig stiekum allemaal.
En dat hebben we hier naar toe gehaald, denk ik dan. Nederland, West-Europa anno 2019 is een verklikkersmaatschappij zoals ik die destijds in het oosten gezien heb. Met al die camera’s in de openbare ruimte. Met al die sneue boa’s en terreinknechten op straat en in gebouwen. En met die oproepen als waarover ik hier vorige week schreef: de oproep om je buurman te verlinken.
Oost-Europa is niet bevrijd, het is naar het westen toe uitgebreid!
Maar er is wel één heel groot verschil tussen nu en de Koude Oorlog. De vluchtelingen van toen, uit Polen, Hongarije en noem maar op, werden in de watten gelegd. Die waren heel erg welkom. Niet, zoals nu, op de vlag van een groepje vrijwilligers, maar in het echie, op feesten en partijen van de overheid. Iemand uit het Oostblok zoals het toen heette, had zwaar geleden en was dapper en verdiende ons aller respect. Dus zo iemand bleef niet op een bootje ronddobberen of in een kamp zitten. En aan zo iemand werd niet gevraagd of ie thuis ook misschien kampbewaker was geweest of zijn buurman had aangebracht. Moet je je voorstellen: Polen en Bulgaren die hier niet op een camping wonen en die we niet verwijten dat ze van de duizend euro die ze verdiend hebben met een tachtigurige werkweek in een smerig magazijn vakantie gaan houden, maar die we thuis uitnodigen om aan onze vrienden te laten zien en die Nederlands kampioen schaken mogen worden! Jullie en vooral jullie ouders zouden maar wat graag met die koude oorlog-polen geruild hebben...

‘Een opgestoken middelvinger naar onze vrijheid’, zo hoorde ik iemand jullie van het Haga noemen. Heerlijk, heerlijk, voor mij mogen jullie, juist vanwege jullie afwijzing van wat jullie verkeerd vinden in ‘onze’ samenleving. Opgestoken middelvingers, die hebben we nu des te harder nodig!
Dus ook jullie naar buiten allemaal, en organiseer voor mijn part een gebedsdienst op dat kruispunt voor je school. Allemaal knielen en liggen in de richting van Mekka en boven het geloei van de file Allah aanroepen. Maar ga dan wel in die file rond met zo’n ouderwetse stinkende collectezak. Want dat vinden die kaaskoppen integreren… (JoopFinland)

Klik hier om uw reactie toe te voegen
11 april 2019
Opgeruid staat netjes