Onze milde kant (020)
‘Us Joske’ zit natuurlijk helemaal niet in de Vogezen of het Zwarte Woud maar in de moderne jungle: het centrum van Amsterdam, Berlijn of Parijs. Kijk, daar zit hij voor het dakraampje op zijn vliering en maakt zijn lange neus naar zijn achtervolgers. Leest de gebakken koek in de Telegraaf die hij ‘s nachts scoort in een vuilnisbak of een bushokje. Over hoe ze zijn hutje in de Franse heuvels hebben omsingeld en over hoe ze hebben uitgeplozen dat hij in ‘de wildernis’ kan overleven met zijn boyscoutkunstjes. Hij vindt zijn met een prepaidje bestelde eten en drinken ook deze avond op de deurmat beneden en rukt zich nog es af.
De enige wildernis bestaat in de hoofden van de verdedigers van het politiestaatje Nederland. Minister Grapjas die het liefst tegelijk ons verplicht wil inenten tegen de mazelen en ons DNA in een kluis laten opslaan. Zijn justitieel apparaat dat in 1998 vergat om het plaatselijke sufferdje uit 1985 op het trefwoord Simpelveld na te trekken. De DNA-lobby die tegen wie het maar horen en niet horen wil roept dat hun speeltje het sluitend bewijs in een moordzaak gaat vormen. Peterrrrrrrrrrr de Vries, de lijkenpikker en matennaaier, die de mob aan het zoeken zet en haar de attributen aanreikt voor de lynchpartij.
We zijn onschuldig totdat het tegendeel onomstotelijk bewezen is, met de nadruk op onomstotelijk. Dus niet aan de hand van een jas vol ouwe klodders. De rechtsstaat is geen jungle, waarin het recht van de sterkste geldt. In de rechtsstaat heeft ook de verdachte rechten, zoals het niet bij naam en toenaam bekend zijn bij de mob. In de rechtsstaat beslist niet het journaille over wat er gebeuren gaat. De rechtsstaat gaat over recht, niet over lekker puh... (gvd)