Skip to main content

Royalty (007)

12 januari 2017

maandag 12 mei-2003
Berichten over mannetjes die irreguliere klusjes uitvoeren in opdracht van prins Bernhard zijn niet nieuw. Zo maakten wij in de artikelenserie “Schaduwcommando van de prins” (zie De Morgenster) al melding van een officieuze groep onder leiding van Bernhard’s in 1990 overleden vriend Hans Teengs Gerritsen die zich bezighield met zaken die het daglicht lang niet altijd konden verdragen. Dit soort buiten-grondwettelijke activiteiten dateert overigens al uit de periode 1944/1945. Zo maakte de prins in die tijd bijvoorbeeld gebruik van de contacten van Guillaume Meertens. Tijdens de Duitse bezetting een Nederlandse topagent van de Sicherheitsdienst die vlijtig in touw was geweest voor slordige heren als Willy Lages en Klaus Barbie. In diens slipstream voerde nog een twijfelachtige figuur klussen uit voor de van SS-er tot verzetsleider omgekatte hoofdbewoner van Soestdijk. Dat was de naar België gevluchte Wehrmacht-inkoper Walter Schoonenberg die zich bij onze zuiderburen onledig hield met de handel in gestolen aandelenpakketten, witwassen van geurend geld en het opkopen van achterovergedrukt goud tegen afbraakprijzen. Schoonenberg trok bij sommige van zijn missies op met de gevreesde Rotterdammer Jos de Groot, alias “de Killer”, wiens naam in verband werd gebracht met een aantal na-oorlogse onverhoedse sterfgevallen en die in een latere fase van zijn leven nog langdurig gebruikmaakte van de diensten van Centrum ’45 in Oegstgeest om van zijn “oorlogs”-trauma’s af te komen. Ook de bij het verraad van zowel de communistische verzetsgroep CS 6 als dat van Arnhem betrokken Cas de Graaf stak na de oorlog zijn handen uit de mouwen ten behoeve van de prins. Iemand die de gore moed had om kwalijke dingen over de prins of de Oranjes in het algemeen naar buiten te dragen kreeg bezoek van “Henri Gaz” die met een waarschuwend woord in de meeste gevallen de neiging tot openheid in de kiem smoorde. En dan is er nog het hardnekkige gerucht over ene Jan “de slappe”, die ooit voor de PTT in ‘tGooi werkzaam zou zijn geweest. Jan zou bij tijd en wijle als chauffeur van de prins hebben gefungeerd bij geheime privé-reisjes. Een daarvan zou zich eind 1976 hebben afgespeeld en had als bestemming een hotel in het Zwitserse Uster waar op dat moment Pieter Menten ondergedoken zat. De van oorlogsmisdaden verdachte Blaricumse miljonair had kort tevoren na een tip de benen genomen om arrestatie te voorkomen. Een poging tot damage-control van de zijde van de prins? Of weet ZKH van de prins geen kwaad? Hoe dat ook zij, er zijn altijd klusjesmannen geweest in de prinselijke entourage. Van slappe chauffeurs tot koele killers. Stay tuned.

 

Klik hier om uw reactie toe te voegen
12 januari 2017