Strategie van de spanning (001)
vrijdag 10 juni-2005
Zo ongeveer een jaar geleden schreven we over de pogingen van een medewerker van het Office of Special Projects van het Pentagon (ook wel de Leugenfabriek), Larry Franklin, samen met Michael Ledeen en oudgedienden van de Iran-Contra affaire waaronder ene Ghorbanifar, om te komen tot regime change in Iran. Het feit dat dit buiten de gebruikelijke ambtelijke, politieke en diplomatieke kanalen om verliep maakten het tot een samenzwering (voer de woorden "aipac" en/of "likoedgate" maar eens in op de zoekmachine van 't Kleintje). Een rij van personen uit het schemerduister wapenhandelaars, oplichters, frauders, geheim agenten, neo conservatieve ideologen allen betrokken bij de voorbereidingen (lees het publiek kunnen uitventen) van een oorlog in Irak bleken nu hun ogen gericht te hebben op Libanon, Syrië en Iran als nieuwe objecten van een Amerikaanse invasie. Dat was voordat er lessen getrokken werden uit de vele gekleurde revoluties in delen van de voormalige Sovjet Unie en de Balkan waaruit bleek dat het kanaliseren en sturen van maatschappelijke onvrede, met focussen op mensenrechten en economische hervormingen, een betere pers kregen dan gewoon militair geweld en uiteindelijk leiden tot de gewenste resultaten. Welnu, inmiddels is Libanon weer vrij en democratisch.
Maar in de aanloop tot de invasie van Irak moest de publieke opinie hiervoor ontvankelijk worden gemaakt. Daarvoor werd herhaaldelijk gebruik gemaakt van inlichtingen (welke achteraf niet bleken te bestaan) zoals bewijzen van banden tussen Al Quaida en Saddam Hussein, het bestaan van Irakese arsenalen met chemische en biologische wapens en wellicht nucleaire wapens. Deze inlichtingen (zeg maar gewoon: propagandaboodschappen) waren voor een belangrijk deel afkomstig van het Iraaks Nationaal Congres van Ahmed Chalabi, die alles kon leveren waar vraag naar was. (Massavernietigingswapens: Saddam had ze - bijna, Westerse democratie: het land liep er storm voor, invasietroepen: nee bevrijders, enzovoorts).
Inmiddels is de oude bekende Ghorbanifar in de schoenen van Chalabi getreden. Niet rechtstreeks, want die naam doet allerlei alarmbellen rinkelen bij de CIA en andere diensten. Maar via een tussenpersoon, die geïdentificeerd werd als ene Fereidoun Mahdavi, een oud minister ten tijde van het bewind van de Sjah van Iran. Fereidoun geeft door wat Ghorbanifar hem influistert en dat wordt in de VS gebruikt om de regime change in Iran steviger op de agenda te zetten. Het soort inlichtingen dat nu doorgegeven wordt: Osama leeft en woont in Teheran; Iran kan binnen 50 dagen een nucleaire macht zijn; en Iraanse terroristen bereiden een aanslag op een Amerikaanse stad voor.
We zullen moeten afwachten om te zien in hoeverre de pers en de publieke opinie in de VS en daarbuiten geloof zal hechten aan dit soort verhalen. Gezien de onkritische rol van veel media in de aanloop van de oorlog in Irak mogen we de verwachting niet te hoog stellen. Maar, we kunnen ons vergissen.