maandag 1 januari-2007
Bijna 22 jaar geleden weerklonk hoorngeschal in Berg en Dal. Op 7 januari om exact te zijn. Toen ging daar namelijk het kasteeltje van voormalige autohandelaar John Deuss in de hens bij een actie van de altijd anoniem gebleven Pyromanen tegen Apartheid. Aanleiding tot die vlammende operatie zou zijn geweest dat Deuss al jaren schijt had aan het VN-embargo van Zuid-Afrika en het racistisch bewind van dat land stiekem voorzag van de broodnodige olie. Kan heel goed. Maar niemand zou van verbazing achterover pletteren als alsnog mocht blijken dat het om een verlaat presentje uit Moskou ging. Een deel van het door Johnnyboy aan Pretoria geleverde zwarte goud was namelijk afkomstig van een Russisch staatsbedrijf, dat daarvoor nooit werd gehonoreerd. Mede dankzij de juridische inspanningen van de latere minister van Justitie en minister van Staat Fritsje Korthals-Altes en het op de klippen zetten cq. raken (doorhalen wat niet gewenst is) van de Slavenburg Bank kwam de toen nog jeugdige paardenkontenkletser ermee weg.
Nu, na decennia in de bancaire Bermudaanse luwte te hebben verbleven, is de brutale Hochstapler weer vrij en blij terug op de plek waar ie begonnen is. Nou ja, vrij en blij. Hij heeft als verdachte van een mega-scam in partijen mobieltjes voor die vrijheid wel de nodige meloenen aan borgtocht moeten neertellen en naar verluidt zijn paspoort moeten inleveren. En daar wordt geen mens blij van. Ook niet als je Deuss heet. Bovendien moeten er in deze woelige wereld luitjes rondlopen die nog een flinke goudrenet met onze roofridder uit Berg en Dal te schillen hebben. Wij hebben elders al gewezen op de onverwachte duikvlucht van de heli van Stephen Curtis, voormalig ontwerper van het Russische Yukos-netwerk en gabbertje van Deuss. Zeg dus niet dat er geen nieuwe anonieme pyromaan, hefschroefspecialist of poloniumstrooier rond kan lopen met het snode plan om het Nieuwe Jaar van een inwoner van Berg en Dal drastisch in te korten. En nee, dat hoeft a priori geen Ruskie te zijn. Want ook aan de overkant van de plas heeft het baasje van de BCB en de FCIB de nodige sporen achtergelaten. Zo beheerde hij de persoonlijke tegoeden van Mark Funny Valentine. De schipper van het Canadese beleggingsvehikel Thomson Kernaghan, die in de periode van de IT-bel klinkende resultaten boekte, maar daarna zwaar het schip inging en tenslotte slachtoffer werd van een stingoperatie van de FBI en haar Canadese tegenpool. Tot Funnys cliëntèle behoorde ook een stel geklofte jongens van de New Yorkse familie Colombo en dat zijn wezens uit een wereld waar de normen en waarden van Jan Peter Klootviool als zwaar dissonerend worden ervaren. Kort van stof die boys. En nou kan je als bankdirecteur wel zeggen dat je niet verantwoordelijk bent voor de démise van je klanten, daar moet je bij dit soort lieden niet mee aankomen. Krijgen we misschien verderop in januari toch nog een beetje fatsoenlijk vuurwerk. Watch out, Johnny. And stay tuned.
- Datum: .