Skip to main content

Wij schreven al in het artikel "Usual suspects" van 12 oktober jl. dat de familie Bush tussen WO I en II bulkend rijk was geworden door het behartigen van de belangen van Nazi-Duitsland in de VS. Wij volgen - uiteraard niet zo'n beetje beknopt - het spoor terug.
In 1922 bracht de Amerikaanse financier W. Averill Harriman een bezoek aan Berlijn. Hij maakte daar o.a. kennis met de Duitse staalmagnaat Fritz von Thyssen. Dat gezellig samenzijn bleek later de inleiding tot een hechte financiële samenwerking die tot oktober 1942 zou duren. Een voor beide partijen buitengewoon profijtelijke coöperatie die grotendeels verliep via de in 1918 door Von Thyssen in het leven geroepen Bank voor Handel en Scheepvaart in Rotterdam en de uit 1924 daterende Union Banking Corporation (UBC)in New York. In UBC participeerde naast Von Thyssen en Harriman ook de firma Brown Brothers, die onder leiding stond van George Herbert Walker. Een volbloed Nazi-aanhanger die in later jaren zijn invloed gebruikte om een fusie van Brown Brothers en Harriman (BBH) te bekokstoven. De man die in de woelige periode daarna verantwoordelijk werd voor de dagelijkse financiële manipulaties bij zowel UBC als BBH was Walker's schoonzoon, Prescott Bush. De grootvader van de huidige president.
Fritz von Thyssen was in 1926 de grote baas geworden van de in dat jaar gevormde Duitse staalalliantie Vereinigte Stahlwerke en werd q.q. eveneens verantwoordelijk voor de Amerikaanse dochteronderneming German Steel Trust. De belangen van dat bedrijf in de VS werden in handen gelegd van de advocatenfirma Dillon Reed, waar het (Nazi-)Duitse bedrijfsleven over twee fanatieke vertegenwoordigers beschikte: de gebroeders Allen en John Foster Dulles. Zo smeedde Fritz von Thyssen in de VS een machtsblok dat tot in deze eeuw zijn invloed doet gelden binnen de Amerikaanse politiek. Een machtsblok  overigens dat in de langdurige aanloop tot WO II voor de broodnodige pecunia zorgde om de organisatie van Hitler's partij en staat van de grond te trekken. Al dan niet in het geheim. Hoe meer de oorlog naderde, hoe meer Von Thyssen en zijn Amerikaanse vertegenwoordigers ertoe overgingen hun onderlinge banden te maskeren. Het zou nog tot 20 oktober 1942 duren voordat Roosevelt's regering deze Duitse lifeline afkapte met gebruikmaking van de "Trading with the Enemy act". Toen werden de aandelen van BBH inbeslaggenomen, evenals die van de UBC. Op 28 oktober werden vervolgens twee Nazi-coverfirma's, die hun zaken hadden ondergebracht bij de beide financiële ondernemingen van de Bush/Harrimankliek, uit de roulatie genomen. Een van die onfrisse ondernemingen was de Holland American Trading Corporation.

  • Datum: .

Thyssen's Vereinigte Stahlwerke was niet de enige Duitse industriële grootmacht die de Holland-route nam naar de VS en daar gebruik maakte van de diensten van BBH, UBC en Dillon Read. Ook de chemiereus IG Farben deed dat. En net als Von Thyssen richtte ook zij daarvoor een eigen bankbedrijf in Nederland op: de Hollandsche Koopmansbank in Amsterdam (1923). Zij het, dat ook de Zweedse Enskildabank een flink aandeel bezat in de nieuwe onderneming.
De HKB stond van meet af aan onder leiding van Gerhard Fritze. Hij was getrouwd met een telg uit de familie Ilgner en mogelijk mede daardoor raakte hij steeds dieper verzeild in IG Farben's activiteiten achter de schermen van de internationale politiek. Een ander lid van die familie leidde namelijk de inlichtingenafdeling NW 7 van het driftig naar Lebensraum op zoek zijnde chemieconcern: Max Ilgner. Tot diens vriendenkring behoorde prinses Armgard zur Lippe Biesterfeld, de moeder van prins Bernhard. Een connectie die zijn vruchten zou afwerpen en niet alleen zoete.
In 1929 verkreeg Fritze de Nederlandse nationaliteit. Voor die tijd was hij voor het gemak al eens tot Zweed getransformeerd om het toenaderingsproces tussen IG Farben en Enskilda wat soepeler te kunnen begeleiden. In Nederland hield hij vooral toezicht op de geldstroom tussen het Duitse moederbedrijf en het Amerikaanse filiaal Chemnyco. Dat filiaal stond onder leiding van Robert Ilgner, een tot Amerikaan genaturaliseerde broer van Max, die bancair werd bijgestaan door de zo vertrouwde BBH en UBC van Prescott Bush en Averill Harriman.
Een controlerend aandelenpakket van Chemnyco was in handen van Voorindu, een coverfirma in Amsterdam, die ook elders in de wereld IG Farbenbedrijven onder zijn hoede had. De onderneming stond onder leiding van de jonge bankier Jan Boissevain, maar zonder twijfel hield Fritze voortdurend de vinger aan de pols. In opdracht van Max Ilgner. Naar verluidt speelde dit conspiratieve duo geen onbelangrijke rol bij het aaneensmeden van de Nederlandse kroonprinses Juliana en de inmiddels voor NW 7 in touw zijnde prins Bernhard zur Lippe Biesterfeld. Na het huwelijk toog Bernhard aan het werk in Nederland. Bij Fritze's  Hollandsche Koopmansbank. Kortstondig, maar toch.

  • Datum: .

In 1937 kreeg de wel erg naar IG Farben riekende Hollandsche Koopmansbank een Hollands verfje. Directeur Fritze liet de Amsterdamsche Bank en de Twentsche Bank, oermoeders van de latere AMRO-bank, een bescheiden entree maken binnen zijn duistere spionage- en financieringsvehikel. Hij trok zich zelf ook wat terug uit de frontlinie en werd gedelegeerd commissaris. Daarmee droeg hij geen millimeter van zijn interne macht over, maar het verschafte hem kennelijk wel meer armslag voor buitenlandse expedities. Zo begaf hij zich bijvoorbeeld in 1938 naar Nederlands Indië voor een poging het persbureau ANETA over te nemen. Hij kreeg daarbij assistentie van Alois Miedl. Eveneens een sedert 1933 in Nederland verblijvende Duitse spion en eveneens een vriend en "collega" van prins Bernhard, die zelf onder de codenaam "Observator" inlichtingen naar Berlijn doorprikte (zie voor meer info over de connectie tussen Miedl en de prins de artikelen "Tango Dissonante" in De Morgenster en "Genant" van 27 mei 2001 in deze rubriek). De operatie in ons overzeese gebiedsdeel mislukte echter jammerlijk. Nadat in september 1939 officieel de Tweede Wereldoorlog was uitgebroken zonder dat dat in West-Europa vooralsnog tot ernstige consequenties leidde, maakten leidinggevende figuren van IG Farben en het Amerikaanse Standard Oil in Den Haag (!) geheime afspraken over de bescherming van hun wederzijdse belangen en die van hun aandeelhouders, mocht ook in West-Europa de brand erin gaan en de wereld in twee helften verdeeld zou raken. Binnen die
strategie werden ook de sporen tussen de via Nederland lopende verbindingen tussen IG Farben en haar dochters in de VS verder verhuld. De grootste dochter Chemnyco werd omgedoopt in General Aniline and Film Corporation (GAF), maar verder veranderde er in de VS in feite niets. De aandelen bleven keurig in beheer bij Prescott Bush en Harriman, die tevens de zaken behartigde van de Hollandsche Koopmansbank. In Nederland kreeg Voorindu er als onderdeel van de verhullingsoperatie een zusje bij: Chehamij. En ook in Zwitserland breidde de familie zich uit. Alles om te voorkomen dat de Amerikaanse overheid de bezittingen van IG Farben zou "kaltstellen" als de oorlog in volle hevigheid zou losbarsten. Jan Boissevain maakte overuren. In april 1940, een maand voor de Duitse inval, vond in Fritze's villa in Laren een bijeenkomst plaats van een aantal belangrijke NW 7 agenten, die in verschillende werelddelen actief waren. Inclusief prins Bernhard. Een van de belangrijkste gesprekspunten moet het op handen zijnde vertrek van Fritze naar de VS zijn geweest. Als Nederlands onderdaan. Hij zou proberen het Amerikaanse filiaal van de Hollandsche Koopmansbank van New York naar Curaçao over te hevelen om daar de GAF-aandelen te kunnen deponeren. Dat filiaal heette de Holland American Merchant Corporation.

  • Datum: .

De Nederlandse onderdaan Gerhard Fritze was nog niet in New York aangekomen of hij haastte zich naar de zakelijke vesting van de heren Bush en Harriman om een paar regelingen te treffen. Allereerst rond de zetelverplaatsing van de Holland American Merchant Corporation, de Amerikaanse outpost van de Hollandsche Koopmansbank, naar Curacao. Dat bleek geen sinecure en de Amerikanen drongen er bij Fritze dan ook op aan om de asssistentie van prins Bernhard in te roepen. Maar ook dat was geen fluitje van een dollarcent. De oorlog had inmiddels ook West-Europa overvallen. De BV Soestdijk was naar Engeland overgestoken en God mocht weten waar Bernhard uithing. Fritze zond toen "unferfrohren" een aan de Nederlandse prins-gemaal gericht telegram naar Buckingham Palace. Dat zou wel werken. En het werkte. Bernhard richtte zich direct tot dr. J. Loudon, de Nederlandse ambassadeur in de VS, om Fritze bij te staan bij het overhevelen van de Holland American Merchant Corporation. Toen lukte het uiteindelijk wel. En Fritze kon de tweede trap van zijn IG Farben-raket ontsteken. Hij eiste het aandelenpakket van GAF op dat zich in de kluizen van Bush en Harriman's bank bevond. Te laat. De Amerikaanse overheid had die aandelen al als Nederlands bezit aangemerkt en al die bezittingen waren tot nader order bevroren. Daarmee was het ingenieuze plan van IG Farben om de GAF-aandelen op Curacao te stallen om hals gebracht. Dat wil niet zeggen dat vanaf dat moment Fritze uit zijn neus kon gaan zitten baggeren. Hij was uiteraard ook "beteiligt" aan het witwassen van door de Nazi's in bezet West-Europa geconfisqueerde waardepapieren via de Enskildabank, de UBC van Bush en Harriman en de Holland American Merchant Corporation. Verder bleef hij schriftelijke contacten onderhouden met zowel zijn thuisfront in Berlijn als de in Engeland oorlog vierende prins Bernhard. Zij het wat moeizamer dan gewenst. Om lekker bij te lullen zocht de prins bij diens schaarse bezoeken aan de VS hem altijd op in zijn appartement op Fifth Avenue 987. Zo ook tijdens de trip tussen 20 en 25 april 1942.
Het zag er in de westerse optiek toen somber uit. Japan had Nederlands-Indië bezet en Hitler-Duitsland was op het toppunt van zijn militaire macht. Op 24 april zou NW 7-agent "Observator" een brief aan Hitler hebben geschreven waarin hij zichzelf aanbood als "Statthalter" om namens de Führer Nederland in nationaal-socialistische zin verder te besturen, met Juliana aan zijn zijde. Mocht Hitler de terugkeer van Wilhelmina als onaanvaardbaar beschouwen, dan kon Bernhard daar begrip voor opbrengen. Volgens een getuige stonden er meerdere handtekeningen onder de brief... Geen beste wissel op de toekomst.
In oktober van datzelfde jaar maakte president Roosevelt zoals al eerder vermeld een einde aan de zakelijke activiteiten van de voor de vijand in touw zijnde UBC van Bush en Harriman en de Holland American Trading Corporation. Blijkbaar niet aan die van de met deze afzichtelijke financiële bolwerken gelieerde Holland American Merchant Corporation. Maar die zat dan ook op Curacao.

  • Datum: .

Goed, het gebeuren rond de GAF-aandelen was een forse nederlaag voor IG Farben, die pas in de vroege jaren zestig kon worden rechtgezet. Dat wil echter niet zeggen dat de hele versluieringsoperatie, die zowel de leveranties van strategische goederen aan Hitler-Duitsland als de belangen van de aandeelhouders veilig moest stellen, mislukt zou zijn. Integendeel. En zoals ook nu nog gebruikelijk bleven de deftige pakken, de grootgraaiers, buiten schot. Bush, Harriman, de gebroeders Dulles, Fritze, Bernhard en noem ze maar op. Vooral ook omdat iedereen binnen deze groep van Nazi's en Nazi-sympathisanten zijn mond hield.
Maar er was in de loop van 1941 bij deze heren twijfel ontstaan aan de eeuwige trouw van iemand in Nederland: Jan Boissevain. Sedert de jaren twintig een ingewijde op het hoogste niveau, die zich op 10 mei 1940 pijnlijk moet hebben gerealiseerd welk monster hij had helpen realiseren. Op 19 december 1941 werd Boissevain op zijn adres Corellistraat 6 in Amsterdam door een paar SD-ers gearresteerd nadat er een hoeveelheid koper en vet was aangetroffen. Beide verboden om in bezit te hebben. Daarnaast werd de IG Farben-vertegenwoordiger beschuldigd van zaken doen met een Jood. Nadat Boissevain's echtgenote Mies van Lennep aan een paar nuttige touwtjes had getrokken, werd haar man na drie weken op vrije voeten gesteld. Op 2 maart 1942 werd Boissevain opnieuw opgehaald en verdween achter de tralies. Na de oorlog zou SD-chef Willy Lages erkennen dat de arrestatie te maken had met het in veiligheid brengen van IG Farbenbezittingen. Nadat hij een baan in Berlijn voor de Arbeitseinsatz van Nederlanders in de Oekraïne had geweigerd, werd Boissevain overgebracht naar de gevangenis in Utrecht. Als tussenstation op weg naar de dood.

  • Datum: .

In 1941, ver voor de eerste arrestatie van Jan Boissevain, bemoeiden twee van diens zonen zich al met het actieve verzet tegen de Duitse bezetting: Gideon en Jan Karel. Na de arrestatie van hun vader ging de beuk erin en werd Corellistraat 6 het geheime centrum van de linksradikale verzetsgroep CS 6, die in het hele land actief was en voornamelijk bestond uit jongeren uit het voortgezet en hoger onderwijs. De groep kwam onder leiding te staan van dokter Gerrit Kastein, een vooroorlogse agent van de Russische Komintern. Er werden talloze aanslagen gepleegd, waarbij ook hoge NSB-ers sneuvelden. Door pure pech werd Kastein in februari 1943 opgepakt. Tijdens een verhoor op het Binnenhof stortte hij zich door een raam van een bovenverdieping op straat. Dood. Zonder te hebben gepraat. Op dat moment was de groep al geïnfiltreerd geraakt dankzij het verraderlijk vernuft van een Nederlandse dubbelagent die als Hauptmann voor de Abwehr werkte. Dat was Gerrit Bartholomeus Reede (alias "George Brandy", alias "oom Gerrit"). Hij had de beschikking over drie infiltranten: George Ridderhof
("Van Vliet"), Chris Lindemans ("King Kong") en Cas de Graaf. ("De Booy"). In augustus 1943 werden de gebroeders Boissevain en hun neef Louis gearresteerd, samen met nog een groot aantal leden van hun groep. Op 1 oktober 1943 werden zij gefusilleerd. Hun moeder belandde samen met hun vader in het kamp Vught. Later werd Jan Boissevain via Sachsenhausen naar Buchenwald overgebracht waar hij begin 1945 overleed. Mies Boissevain-Van Lennep overleefde haar verblijf in Ravensbrück. Zij overleed in februari 1965. Nadat CS 6 in de herfst van 1943 zo goed als uitgeroeid was nam De Graaf geholpen door Lindemans de benen naar Engeland en kwam in de inlichtingenclub van prins Bernhard terecht. Bij terugkeer op het vasteland in september 1944 zocht "verzetsman" Lindemans opnieuw contact met inlichtingenofficier De Graaf en diens chef en "verzetsleider", prins Bernhard. Uit dit ontroerende contact ontstond ondermeer het verraad van
Arnhem, dat sommige lieden uit de top van Hitler-Duitsland soelaas bood voor een poging om alsnog Hitler opzij te schuiven en een separate vrede met het
Westen te bewerkstelligen. Vergeefs. Een heel wat lulliger poging in deze context werd daarna nog ondernomen door Fritze die namens de Amerikanen (!) de naar Spanje gevluchte Miedl aanspoorde Goering een schilderij aan te bieden om hem op die manier te bewegen in te grijpen. Opnieuw vergeefs. Na de oorlog gebeurde er uiteraard niks met Fritze en Miedl. Integendeel, ze konden zich verheugen in de warme sympathie van de prins der Nederlanden. Evenals Bush, Harriman en de gebroeders Dulles.
De verdere geschiedenis van Reede's drie infiltranten is genoegzaam bekend. Ridderhof kreeg na de oorlog terecht de doodstraf, King Kong werd gezelfmoord en De Graaf... werd klusjesman van prins Bernhard. Reede zat zeven van de vijftien jaar gevangenisstraf uit voor zijn verraad van de verzetsgroep Oranje Garde aan het begin van de oorlog. Over zijn formidabele rol in het Englandspiel, die zich niet beperkte tot het elimineren van CS 6, werd verder niet gerept. Hij zou zijn bewijzen met betrekking tot de brief van Bernhard uit april 1942 keurig hebben bewaard en ontliep op die manier de doodstraf.

  • Datum: .

Wat was er inmiddels aan Duitse zijde gebeurd met de karrevracht aan documenten waaruit de hele operatie om de financiële belangen van de Von Thyssens via Nederland veilig te stellen viel te herleiden? Die waren rond 10 mei 1940 listig vanuit de Bank voor Handel en Scheepvaart in Rotterdam overgebracht naar Berlijn en lagen verborgen in een geheime kluis van de August von Thyssen Bank. In wezen vlak onder de neus van de terriërs van het Reichssicherheitshauptamt, die graag hadden willen weten of en zo ja hoe de tijdelijk onder huisarrest geplaatste Fritz von Thyssen een deel van zijn kapitalen illegaal naar het buitenland had gesluisd en het Reich belastingcentjes had onthouden. Maar ook in de Duitse hoofdstad waren Fritz' geheimen in goede handen. De bank stond namelijk onder supervisie van baron Kurt von Schroeder. Het baasje van de gelijknamige bank waarvan het Amerikaanse filiaal in New York onder leiding stond van Von Thyssen's agent Allen Dulles, die zich in 1942 in Zwitserland vestigde in de functie van hoogste chef van de prille Amerikaanse geheime dienst OSS. Lekker dicht bij het vuur. Na de oorlog draaide Von Thyssen als financier van Hitler en zijn oorlogs- en vernietigingsmachine de geallieerde bak in. Maar de belangen van de familie werden wel degelijk minutieus in de gaten gehouden. In de VS door kanonnen als de gebroeders Dulles, de Harrimans en de Bushes en in Europa door Heinrich von Thyssen Bornemisza. De volle neef van Fritz die door zijn gedeeltelijk Nederlandse afkomst en zijn zogenaamde afkeer van de Nazi's een perfecte figuur was om de verhulde kapitalen terug te leiden in de schoot van de familie. Er was wel een probleempje. De documenten in de kluis van de August von Thyssen bank. Die lagen namelijk onder het puin van de aan flarden geschoten bank in het Russische gedeelte van het netjes in vier
geallieerde stukken gesneden Berlijn. Een belanghebbende in Nederland met voortreffelijke Duitse connecties werd in de arm genomen om de dreigende catastrofe af te wenden: Prins Bernhard.
Onder diens supervisie wist een Nederlands commando de inhoud van de geheime kluis naar de toen nog onverdachte Bank voor Handel en Scheepvaart in Rotterdam terug te hevelen. De Russen was verteld dat het ging om door de Nazi's gestolen eigendommen van prinses Juliana. Ook H.J. Kouwenhoven, de vooroorlogse Nederlandse manager van de bank, was echter teruggekeerd op het oude nest en leek met de zwartepiet te gaan strijken toen eind 1947 een
officieel onderzoek naar de bank werd opgestart. Dat vond hij niet echt aangenaam en hij dreigde met de grote klok. Prompt werd hij door Heinrich op de Rotterdamse keien gezet en de Nederlandse autoriteiten deden verder net of hun neus bloedde. Toen hij zich kort daarna in New York meldde bij de Amerikaanse vertegenwoordigers van Von Thyssen's belangen om verhaal te halen en te proberen het Von Thyssen kapitaal te laten confisqueren werd hij na een paar gesprekken met onder andere Prescott Bush vriendelijk maar beslist afgepoeierd. Begin januari 1948, twee weken na zijn aankomst, overleed hij aan een hartaanval. Hoe het verder met de families Von Thyssen, Dulles, Harriman, Bush en de BV Soestdijk is gegaan mogen we min of meer bekend veronderstellen.

  • Datum: .

dinsdag 21 oktober-2003
Eerst Maxima met haar fascistoïde vader, dan Edwin met zijn wat grote wafel, vervolgens Mabel met Klaas en Sacirbey en dan als klap op de vuurpijl prins Bernhard met zijn brief aan Adolf, waarin hij aanbood om namens de Führer in Nederland als Stadhouder te fungeren. Eerlijk is eerlijk, het is wel genieten met ons koningshuis tegenwoordig. Volgens het nieuwe boek van historicus Gerard Aalders zou het hele verhaal over de sollicitatiebrief van Bernhard in Nederland zijn gaan rondzingen na een verklaring van de SS-Oberführer dr. Eberhard Schoengarth. Die had tijdens zijn naoorlogse verblijf in de petoet toch weinig anderste doen, dus verzon hij wat suggestieve verhalen om de Nederlanders te stangen. Nou was de baas van de Gestapo en Sicherheitsdienst in Nederland niet op zijn kruintje gevallen. Hij wist het nodige van wat zich allemaal had afgespeeld in het grensgebied van verzet en collaboratie. En van het internationale gekonkel waarbij de gebroeders Dulles als zaakwaarnemers van IG Farben zo’n belangrijke rol hadden gespeeld. Mocht die brief er zijn geweest dan kòn hij het weten. Aalders was nog niet aan het woord bij Barend en van Dorp of de prins reageerde furieus en ontkende voor de zoveelste keer het epistel aan Hitler te hebben geschreven. Zouden wij ook doen, want het bewijs ligt op het kerkhof. Een detail blijft echter vreemd. De precieze datering. Als Schoengarth al een sprookje heeft willen vertellen waar kwam dan die 24 april 1942 vandaan? Exact in een periode waarin de prins in de Verenigde Staten verbleef en in conclaaf was met IG Farben-agent en familievriend Gerhard Fritze. Toen de slag om de aandelen van dat lieflijke bedrijf in volle gang was en Nederland net zijn gebieden in Zuidoost-Azië kwijt was geraakt. Soms is de werkelijkheid fantastischer dan welk suggestief verhaal dan ook. Stay tuned.

  • Datum: .

woensdag 22 oktober-2003
Wij hebben het nieuwe boek van Gerard Aalders nog niet onder ogen gehad. En we nemen aan dat u ook niet allemaal de boeksuper op de hoek hebt overvallen. Daarom nemen we het risico dat dit artikeltje over de oh zo boze Bernhard wat overbodig is. Het eventuele stadhouderschap van prins Bernhard is namelijk niet uit de hemel komen vallen op 24 april 1942. Het plan om hem in die functie aan te stellen dateert van voor de oorlog. Als we tenminste een verklaring in die richting van de Duitse Abwehr-generaal Von Bentivegni mogen geloven. Die verklaarde op 15 maart1956 ondermeer het volgende:
“Voor de Duitse inval had Pantschulidzeff het plan voorgelegd de nog altijd trouw aan de Führer zijnde SS-man Prins Bernhard tot Rijksstadhouder van Holland te benoemen. En vooraf met hem overeen te komen dat de Duitse Wehrmacht alleen de Nederlandse havens en vliegvelden zou bezetten. Net zoals in Denemarken. Pantschulidzeff had in de context van dit Rijksstadhoudersplan ook een brief van zijn “stiefzoon” overhandigd. Wij noemden dit plan “3 F” omdat drie vrouwen (prins Bernhard’s moeder, zijn vrouw en zijn schoonmoeder) met hun specifieke diplomatie de prinsgemaal vanuit zijn adjudantenpositie in de leidinggevende functie van stadhouder moesten zien te laveren". Voor niet ingewijden: “kolonel” Pantschulidzeff was de aimant van Bernhard’s moeder prinses Armgard en na het overlijden van Von Lippe Biesterfeld senior haar vaste levensgezel. Zowel de “kolonel” als prinses Armgard en prins Bernhard waren voor de oorlog betrokken bij het imposante Duitse spionage-apparaat. De verklaring van Von Bentivegni zegt op zich niks, maar duidt eens te meer aan dat de brief niet alleen in Nederland onderwerp van gesprek was in het louche speurneuzencircuit van na de oorlog. Stay tuned.

  • Datum: .

maandag 8 september-2014
Gisteren even een duwtje, vandaag meteen een mail in de gleuf. Over het contact tussen ons koningshuis onder aanvoering van Willemien met haar zwager Adolf von Mecklenburg Schwerin. Best interessant. Mede gezien de moeite die bijvoorbeeld Bilderbea vorige week nog deed om de relatie met de laatsten der Engelandvaarders een beetje knappies te houden en daarmee tevens het beeld van onze in Engeland oorlog vierende verzetsleider voor eventuele verdere schade te behoeden. Mooi stukje geschiedenis. En daarom volle bak. Ditis hem...

  • Datum: .

Door Jan Portein.

Prins Bernhard ligt al een tijdje stevig onder de tegels.
Maar af en toe ontstaat bij het gilde van journalistieke speursmurfen het verlangen om de onderste boven te halen: een sollicitatiebrief die de prins op 24 april 1942 naar Adolf Hitler heeft gestuurd of zou hebben gestuurd. Zelfs dat laatste is volgens Thialfhossers, Leidse sleuteltjes, Haagse hopjes, Deventer koekhappers en andere Oranjebovenklanten al een gotspe. In hun ogen is er in de loop der decennia namelijk hooguit een emmer circumstantial de arena ingemieterd. Nooit het doorslaggevend bewijs voor het bestaan van die brandbrief. Laat staan het epistel zelf. Nee. En dat zal naar alle waarschijnlijkheid ook nooit gebeuren. Want de bewakers van het Oranjefort, onder wie Bernhard's eigen mannetjes (1), de mannetjes van Algemene Zaken (2), de mannetjes van de BVD/AIVD en de mannetjes van Gladio hebben ervoor gezorgd, dat alles wat ook maar in de richting van die brief wees uit de roulatie werd gehaald. Dat bleek nog maar eens ten overvloede toen luitjes van het zogenaamde kwaliteitsvod NRC een dezer dagen in Den Haag wat vrijgegeven dossiers mochten doorsnuffelen. Op zoek naar de brief cq. wegwijzers. Noppes. Er moest wel wat materiaal zijn. Maar het was er niet. Iedereen van goh hoe kan dat nou. Verder verklaarde een expert op dit gebied nog dat die verdwijntruuks in het verleden wel vaker waren voorgekomen. En dat was het.
Zoals u misschien weet heeft Kleintje Muurkrant in het verleden heel wat narigheid over WA's opa boven de kim getrokken. Afkomstig uit zowel louche krochten als serieuze geschiedschrijving. Voor dat laatste verwijzen wij in dit verband met gepaste voldoening naar de hele serie “Bush, de Nazi's en de BV Soestdijk”, waarin een van de hoofdrollen is weggelegd voor de tijdens de oorlog in de Verenigde Staten verblijvende Duits/Nederlandse bankster Gerhard Fritze. Een oude vriend en toeverlaat van Bernhard. Een citaatje om u over de brug te helpen? Nou vooruit. Komt ie.

“... Hij [Fritze,red.] was uiteraard ook “beteiligt” aan het witwassen van door de Nazi's in bezet West-Europa geconfisqueerde waardepapieren via de Enskildabank, de UBC van Bush en Harriman en de Holland American Merchant Corporation. Verder bleef hij schriftelijke contacten onderhouden met zowel zijn thuisfront in Berlijn als de in Engeland oorlog vierende prins Bernhard.Zij het wat moeizamer dan gewenst. Om lekker bij te lullen zocht de prins bij diens schaarse bezoeken aan de VS hem altijd op in zijn appartement op Fifth Avenue 987. Zo ook tijdens de trip tussen 20 en 25 april.Het zag er in de westerse optiek toen somber uit. Japan had Nederlands-Indië bezet en Hitler-Duitsland was op het toppunt van zijn militaire macht. Op 24 april zou NW 7-agent [prins Bernhard,red.] een brief aan Hitler hebben geschreven waarin hij zich aanbood als “Statthalter” om namens de Führer Nederland in nationaal-socialistische zin verder te besturen, met Juliana aan zijn zijde. Mocht Hitler de terugkeer van Wilhelmina als onaanvaardbaar beschouwen, dan kon Bernhard daar begrip voor opbrengen. Volgens een getuige stonden er meerdere handtekeningen onder de brief.”

U voelt wat we bedoelen? Tuurlijk doet u dat. En dat op een zondag. Stay tuned.

(1) Zie voor die mannetjes ondermeer onze serie “Het schaduwcommando van de prins”.
(2) Die mannetjes heten raadsadviseur. Een van hen, Jos Kieboom, kwam ooit in het licht van onze koplampen in de serie “Lubbers en de muzelmannenbom”.

  • Datum: .