woensdag 18 april-2012
Na het optreden van Captain Caveman's Flying Circus op Manhattan kwam er een massief onderzoek op gang naar de achtergronden van de over het algemeen Saoedische artiesten. Zoals gezegd kwam al snel boven de Potomac, dat twee van hen financieel gesteund werden door de echtgenote van de Saoedische ambassadeur in Washington, die beiden heel toevallig ook af en toe bij de haard in huize Bush zaten. Netjes via een tussenpersoon, anders mocht je eens tot verkeerde conclusies komen (1). Die betalingen werden verzorgd door de Riggs Bank. Een spaarvarken waar traditiegetrouw ook de Bushes hun kapitalen spekten. De controle op in- en uitgaande poen was begrijpelijkerwijs miniem, want je kan toch moeilijk de prez en zijn vrienden op hun schoenen pissen. Dat in die indrukwekkende geldstromen hier en daar grof vuil meedreef werd door de bankbonzen van Riggs voor lief genomen (2).
Binnen de was- en strijkinrichting die Riggs in wezen was speelde een onderneming op The Isle of Man een interessante rol. Dat was de firma Riggs Valmet, die later op papier werd losgeweekt. Valmet stond onder leiding van de door ons al eerder gesignaleerde Peter Michael Bond. Dezelfde geheimschrijver die zo voorbeeldig in samenwerking met Stephen Curtis (rip), een gappie van Deuss, de centjes van de Russische oliegarchen Khodorkovsky en Lebedev warm hield (3). En eveneens in touw was voor figuren als oompje Pinochet, de Venezolaanse couppleger Gustavo Cisneros, casinobaas Kirk Kerkorian en Terry Christensen. Vriend Terry was de bef die onderandere regelmatig in het krijt trad voor Kerkorian en ... voor ene Lee Gilson Lovett, een ondernemer uit de mobielsector met een uiterst intrigerende achtergrond. Fasten your seatbelt. Stay tuned.
1. Zie vorige aflevering dd. 13 april 2012.
2. Zo zou prins Bandar via het netwerk van Riggs anderhalf miljard dollar aan smeergeld hebben gebeurd uit een deal met de Britse wapensmid BAE Systems
3. Zie aflevering 5 dd. 7 april 2012