Grrr. Eerst word je half juli als eigenaar van een drugsschuit te kijk gezet (1). En nog geen maand later komt je warme connectie met Jeffrey Epstein bovendrijven. Dat is zwaar vagina voor je reputatie zou je zeggen. Maar voor een spaarvarken als JP Morgan Chase betekenen zulke berichten niet meer dan een scheet bij windkracht tien. Ze verwaaien in een fractie van een mum. Trouwens, bij welke bank niet. Jeffrey onderhield een speciale band met James E. Staley. Een topper bij Morgan, die er niet voor terugschrok om Eppie te bezoeken in Florida toen de heuveltjesgourmand zijn strafje van 13 maanden deels “uitzat” op zijn kantoor. In april 2015 ging James, die toen al was overgestapt naar het qua reputatie niet veel betere Barclaysvarken, nog eens bij Jeff op visite. Ditmaal op Lolita-eiland. Samen met zijn echtgenote. Mogelijk om te ontkomen aan rek- en strekoefeningen met minderjarigen. Tenzij zijn echtgenote ook wel van pikante activiteiten buitenshuis hield. Dat de bankster Jeffrey's massageavonturen voor lief nam kwam voort uit de vele cliënten die de moderne versie van Crusoë bij Morgan Chase over de drempel had geholpen. Zaken zijn zaken. Daarnaast wist Eppie ook leuke deals te brokeren. Zo had hij samen met James in diens Morgan Chase-tijd een meerderheidsaandeel veroverd bij Highbridge Capital Management waar ene Glenn Dubin op de brug stond. En laat die Glenn zich nou ook een paar keer te buiten zijn gegaan aan het wippen van een heuveltje uit Jeff's uitgebreide assortiment. Jawel. Dat zijn wat vette details uit dit uitgebreide artikel. We hadden ook kunnen verwijzen naar het Financieele Dagvod. Dat schijnt over deze materie ook iets geboerd te hebben. Maar sinds november 2015 hebben we iets tegen hoofdredacteur Jan Bonjer (2). Dus daarom doen we dat maar niet. Stay tuned (JP).
(1) Zie aflevering 6 van de serie “Van Damascus naar Gioia”.
(2) Zie voor Bonjer de serie “Tussen premies en piraten”.