Er schijnt vandeweek iets gebeurd te zijn. Iets met een boek of zo. En dat zou verklaren waarom er plotseling een bescheiden run ontstond op deze serie. Met als bonus nog een karretje extra informatie over de avontuurlijke handel en wandel van de Utrechtse famielje Q. Zo mochten wij bijvoorbeeld de namen noteren van de twee recherchesmurfen die beginjaren tachtig in het schuurtje van de zo kunstzinnig aangelegde Duco Q een hele verzameling valse Modigliani's aantroffen. Niet lang na de jammerlijk mislukte expositie, die wij in aflevering 2 van deze serie (dd. 20 september 2011 !!) al voor het souffleurshokje trokken. Het ging om de heren Spui en Bieneman en we mogen aannemen dat ze hun vondst indertijd keurig in een peeveetje hebben laten neerdalen. Daarbij zou het trouwens niet zijn gebleven. Een team onder leiding van snuffelsmurf Paulussen zou namelijk ook een forensisch onderzoek in datzelfde schuurtje hebben gepleegd in verband met een moorddadige gebeurtenis, waarbij een bekende kunstkennis van Duco en een bef betrokken zouden zijn geweest. Wat er verder mee is gebeurd? Goeie vraag. We vermoeden van niks, want zowel opa Q als broeder Q. waren beffen met vrienden en kennissen in high places en dan met name bij Justitie in Den Haag.
Dat brengt ons bij de nieuwe anecdote, dat ook toenmalig minister van Justitie Job de Ruiter (rip) bij voornoemde expositie aanwezig zou zijn geweest. Had die dan iets met kunst? Ja zeker. En het bewijs voor die stelling kunt u terugvinden in onze serie Roze Balletten uit 2001 (!!!), waar uit de lendendoeken wordt gedaan hoe Job verzeild raakte in de affaire rond de Chardzjiev-collectie. Aangemaakt met een snufje moord, een wolkje zwendel en een vleugje Marokkaanse koterhops. Dat laatste ingrediënt vond ook een plekje in het boek “Een man tegen de staat”, zij het wat minder expliciet. De schrijver werd via de kadi gedwongen om de passages over Job terug te nemen door middel van een inlegvel. Waarschijnlijk door onze indringende details over deze kwestie liet Job Kleintje Muurkrant met rust. Overigens zou Duco in de jaren negentig nog eens met speurneuzen zijn geconfronteerd. Toen zou het hebben gehandeld om een hoop stenen op de Maliebaan die de lucht van een wasstraat verspreidde en waar Duco's gabber Bertje D. zou hebben geprobeerd om zijn eigen ouwelui een stel valserikken in de maag te splitsen. Volgens de af en toe met Jort Bretels koketterende Bertje afkomstig van een oud-NSBer cq. ex SS-er. Je hoort nog eens wat.
Dan nog wat strooigoed tot besluit. Duco zou ook ooit uitbater zijn geweest van een kroeg, de Gasterij, waar een oude bekende van ons van tijd tot tijd achter de toog zou hebben gestaan. Notaris Johan van der Veen (1). Een van diens cliënten was en is ene Michel P.. Vroeger eigenaar van een computerhut, tegenswoordig een grootheid in de stenenwereld met een innige connectie met bankster Van Lanschot. En als we onze informanten mogen geloven (en waarom niet) doen Duco en Michel sinds enige tijd samen ook iets moois in de kunstwereld. Verder zou ooit een douanier Van Zanten in Groningen een smokkel van nieuwe Duitse Porsches en Audi's met een oud Nederlands kenteken in het snotje hebben gekregen. Had ie beter uit het snotje kunnen laten. Na het starten van een grutactie om de zaak beter in beeld te krijgen kreeg ie de zak van bovenaf. Die famielje Q? Never a dull moment. Stay tuned (JP).
(1) Een bekende figuur in onze series “Octopussy” en “Fred en de deals”.