Skip to main content

Gladio a la Turka (030)

26 maart 2017

zondag 7 februari-2010
18 november jl. vond in Washington D.C. een aardig feestje plaats voor leden van het US Congress. Bedoeling was de Amerikaanse politici ervan te overtuigen dat het van coupplannen verdachte Ergenekon netwerk in Turkije in werkelijkheid een kwaadaardig verzinsel is van de AK-partij, met de intentie argeloze pro-Amerikaanse Turkse militairen in diskrediet te brengen. Daarom werd de Amerikaanse politici vriendelijk doch dringend verzocht naar wegen te zoeken om de Turkse regering tot een beëindiging van het Ergenekon proces te dwingen. Initiatiefnemer van deze bijeenkomst was de ARI Foundation, een in de VS actieve Turkse lobby organisatie/denktank met heel aardige antecedenten. Zo suggereert de zojuist genoemde bijeenkomst voor Amerikaanse congresleden op zich al dat de ARI foundation geen vertegenwoordiger is van de huidige Turkse regering, maar vooral van de Turkse strijdkrachten. Verder valt vooral de connectie met de Israël lobby in de VS op. Zo is er een link met het "Washington Institute for Near East Policy" (WINEP) dat is opgericht door Martin Indyk, de voormalige Amerikaanse ambassadeur in Israël. Indyk zou de lakens uitgedeeld hebben binnen een Israëlisch spionagenetwerk in de VS. Vast staat dat hij zijn carriere begon bij AIPAC, een organisatie die de belangen van Israël in de VS vertegenwoordigt, maar dat mede doet aan de hand van allerlei spionageactiviteiten. Daardoor is AIPAC al jaren een doelwit van onderzoeken door Amerikaanse overheidsinstanties, zoals de FBI. In het kader van de intensieve militaire samenwerking tussen Israël en Turkije onderhoudt AIPAC meer dan uitstekende betrekkingen met Turkse organisaties in de VS, zoals de "American-Turkish Council" (ATC). AIPAC en ATC zijn zelfs zo sterk met elkaar verbonden dat eerder sprake lijkt van twee "zusterorganisaties" waarvan de doelstellingen, de leden en de activiteiten elkaar in ruime mate overlappen. Over de ARI foundation kunnen soortgelijke woorden geschreven worden. Want er valt niet alleen een verband aan te wijzen tussen deze organisatie en AIPAC, maar ook met het "Jewish Institute for National Security Affairs" (JINSA), nog zo'n Israëlische belangengroep in de VS. Een ander punt is dat Yurter Ozcan, de voorzitter van de ARI foundation, samenwerkt met Soner Cagaptay, de leider van het Turkse onderzoeksprogramma binnen WINEP. Dat Cagaptay bekend staat als neoconservative, komt niet als een verrassing, want dat is duidelijk de hoek waar de wind uit waait bij de ARI-foundation. Zo is de eveneens bij deze organisatie betrokken Zeyno Baran tevens verbonden aan het neoconservatieve Hudson instituut. De combinatie van Amerikaanse neo conservatives met Turkse en Israëlische lobby clubs die in de ARI foundation naar voren komt, kennen we natuurlijk al langer via de verslagen van de Turks/Amerikaanse klokkenluidster Sibel Edmonds. Daarin belicht zij de samenwerking tussen Turkse en Israëlische overheidsinstanties bij de illegale handel in gezellige handelswaar als kernwapentechnologie. Bovendien dragen functionarissen van beide landen er toe bij dat criminele organisaties ongestoord drugs naar Europa en de VS kunnen smokkelen. Dat leidt automatisch tot de vraag wat voor consequenties het huidige beleid van openheid in Turkije (als ook de crisis in de relatie tussen Israël en de AK-partij) voor dit criminele niveau zal hebben. Helemaal omdat er het een en ander voor te zeggen is dat het door Edmonds genoemde netwerk en Ergenekon elkaar overlappen, of misschien zelfs voor een deel identiek aan elkaar zijn. Daarom zouden wij zeker niet verbaasd opkijken als blijkt dat de bedenkingen van de ARI foundation over het Ergenekon proces ook met dat verborgen aspect van de Amerikaans-Israëlisch-Turkse relaties te maken heeft en niet alleen met de reputatie van die zielige Turkse generaals. Verder hoeven we alleen maar onze eerdere overpeinzing te memoreren, dat er mede door de islamitische oriëntatie van de AK-partij alle reden voor Israël bestaat om een vinger in de Ergenekonpap te hebben en de cirkel is weer rond.

Overigens is het de vraag of de onderneming van de ARI foundation in de VS om Ergenekon langs deze weg uit de wind te houden, veel effect zal hebben. De VS gaven nadrukkelijk hun goedkeuring aan de AK-partij toen die de winst bij de verkiezingen van 2002 binnenhaalde. Dat er ondertussen weinig is veranderd blijkt wel uit het zeker niet verminderde enthousiasme van de Amerikanen voor Fetullah Gulen, de religieuze inspirator van premier Erdogan en de zijnen (de omarming - letterlijk - van Gulen door Abraham Foxman van de uiterst pro-Israëlische "Anti Defamation of B'nai B'rith'". Gulen laten we hier verder maar buiten beschouwing, want dat gebeurde toen de Palestijnse aap nog bij de AK-partij in de mouw zat en Erdogan zijn tanden nog niet in de vleugel van de Turkse strijdkrachten had gezet waar Israël het zo goed mee kan vinden). In ieder geval wijst alles op een stevige verandering in het politieke landschap tussen de VS en Turkije. De Amerikaanse CIA deed ooit een Gladio-achtig geheim netwerk in Turkije ontstaan, maar Washington lijkt er nu geen probleem mee te hebben dat de AK-partij zich inzet om de illegale activiteiten van datzelfde netwerk te onthullen. Sterker nog, er gaan (in Koerdische kringen) zelfs geruchten dat de bron van alle recente onthullingen over coup plannen binnen de Turkse strijdkrachten zich in de VS bevindt. Kennelijk heeft men er daarbij maling aan wat de Israëliërs ervan vinden en da's op zich al een interessante ontwikkeling, die recente geluiden van Amerikaanse overheidsvertegenwoordigers als zou men spuugzat zijn van Israël, in een apart daglicht plaatsen.

Klik hier om uw reactie toe te voegen
26 maart 2017
Gladio a la Turka