Dat gezellige zionisme
woensdag 16 december-2009
In de jaren vijftig waren veel Poolse joden niet happy. Ze voelden zich gediscrimineerd en het slachtoffer van anti-joodse maatregelen. Zal best veel voor te zeggen zijn geweest, al gaat het te ver om het naoorlogse Polen op een lijn te plaatsen met nazi-Duitsland, zoals zionisten tegenwoordig nog wel eens plegen te doen. Zo zaten er ook joden in de top van de communistische partij van Polen en voor een dergelijke positie in de NSDAP hoefde je als jood niet bij onkel Adolf aan te kloppen. De gevoelens van ongenoegen onder joden in Polen zullen ook veel te maken hebben gehad met de vette worst die Israel hen voor de neus hield, met de belofte van een ideaal bestaan in de joodse heilstaat. Hoe het ook zij: veel Poolse joden wilden pleitte: naar Israel. Helaas voor hen stond de Poolse regering dat maar mondjesmaat toe. Joden op belangrijke economische posities mochten het land bijvoorbeeld niet uit. Dat bracht de Israelische regering er toe zich te beklagen dat Polen alleen zieke en oudere joden liet gaan. Maar volgens de Poolse historicus Szymon Rudnicki zat het net even anders. Hij stuitte onlangs op een brief uit 1958 van de toenmalige minister van Buitenlandse zaken Golda Meir aan Katriel Katz, de Israelische ambasadeur in Polen destijds. Daarin suggereerde Meir de komst van zieke en oudere Poolse joden naar Israel te voorkomen. Kennelijk zat men daar niet om hen te springen.
Nu doet dit verhaal ergens aan denken. Aan de situatie in Duitsland gedurende de jaren dertig om precies te zijn, toen veel Duitse joden uit de aard van de zaak ook heel graag naar Palestina wilden vertrekken. De Duitse tak van de World Zionist Organisation wilde dat echter alleen toestaan aan joden die nuttig waren voor de in opbouw zijnde joodse staat en zieken en ouderen hoorden daar niet bij. Zij mochten in Duitsland blijven, met uiteindelijk alle gevolgen van dien voor hen. Het ging zelfs zo ver dat toen een groep gehandicapte joden ondanks alle tegenwerking toch Palestina wist te bereiken, zij gewoon terug werden gestuurd naar nazi-Duitsland.
En dan is er nog die Rabbi in Amsterdam. Hem viel op dat je in de synagoge (waarschijnlijk een othodoxe) zoveel gehandicapten ziet. "Die mogen niet naar Israel", was zijn verklaring. Zijn woorden, natuurlijk. En zelf zijn wij al een tijdje niet naar de synagoge geweest. Maar denkend aan die brief van Meir en de situatie in de jaren dertig, tja. Komt bij dat het zionisme sowieso niet vermaard is om humanitaire gevoelens. Daar kunnen de Palestijnen per slot van rekening van alles over vertellen.